Na vierenveertig jaar legde cartoonist Jos Collignon onlangs zijn penseel neer. Zijn podium de Volkskrant hikte steeds vaker aan tegen zijn uitgesproken cartoons. Collignon vreest in deze polariserende wereld de humor als belangrijkste wapen te verliezen. ‘Humor is noodzakelijk’, aldus Collignon tijdens een lezing in De Cacaofabriek Helmond. Daar zijn tot en met 1 december 2024 ruim vijfenzestig van zijn politieke spotprenten te zien.
door Anja van den Akker
Waar de meeste cartoonisten kiezen voor de strakke lijnen van een pen, koos Jos Collignon (1950) heel bewust het penseel om in de inkt te dopen. ‘Lekker los en zwierig, alsof je jezelf niet helemaal serieus neemt’, omschreef auteur Bert Wagendorp de stijl van Collignon eens in een column. ‘Hij geeft de wereld ervan langs met een ganzenveertje.’
Cartoon door de krant geweigerd
Maar naarmate de wereld polariseert, de intolerantie toeneemt en de barmhartigheid steeds meer verdwijnt, wordt de toon van dat veertje toch wat harder. Van zwierigheid met een lach, grimmigheid en milde spot tot nietsontziend. Ook de reacties uit het publiek trekken aan. Doodsbedreigingen en termen als antisemiet, racist en seksist vallen hem ten deel. De Volkskrant plaatst niet meer per definitie al zijn spotprenten, zeker niet over ‘gevoelige’ onderwerpen. Collignon bespeurt ‘waarheidsverwaarlozing’ in de media. Zijn cartoon ‘Netanyahu’s genocide’, gemaakt na de uitspraak van het Internationaal Gerechtshof, wordt door de krant geweigerd. Tijd om zijn penseel neer te leggen. ‘Ik zeg niet dat ik nooit meer zal tekenen, maar nu is het goed zo.’ Daardoor is er ruimte om lezingen te geven waarin hij talloze politieke prenten de revue laat passeren en van commentaar voorziet.
Opgeleid als jurist internationaal recht koos Collignon destijds toch voor het ongewisse beroep van cartoonist. “Als cartoonist val je op een krantenredactie een beetje buiten het bestek. Terwijl dat bij de lezer juist andersom werkt. Tekeningen worden vaak het meest gelezen en gewaardeerd. Ze hebben ‘Unique Selling Points’. De inhoud van een prent heb je als lezer snel te pakken en met humor komt een tekenaar gemakkelijk binnen. Maar dan komt het echte werk: je standpunt en inzicht. Je probeert een tochtvlaagje te creëren door bij de lezer twee luikjes open te zetten. Die moet dan, al lachend of mopperend, de luikjes weer sluiten. Een tekening wordt vaak niet volledig begrepen. Je codeert als het ware een boodschap. Wij cartoonisten overdrijven altijd.”
We lopen gevaar door idiote vissen
Maar in zijn huidige zorgen over de wereld is voor overdrijving geen plaats. “Ik ben een echte Europeaan. Ik vrees dat we gevaar lopen door idiote vissen die ons willen verschalken…
We gaan zware tijden tegemoet. Wat dat betreft ben ik somber. Als jurist internationaal recht zie ik hoe het rechtssysteem wordt afgefakkeld.’’ Heel leerzaam vond hij een bezoek aan het Franse satirische blad Charlie Hebdo, dat in 2011 en 2015 doelwit was van een terroristische aanslag vanwege het beledigen van de islamitische profeet Mohammed. “Er leken na die aanslagen ineens alleen nog heilige huisjes te bestaan. De slachtoffercultuur en intolerantie grepen om zich heen.”
Hij voelt het nu ook zelf. Tekeningen over moslims en Israël leveren hem steevast felle reacties en zelfs bedreigingen op. “Maar als politieke tekenaar móet ik het ergens over hebben. En zonder enige humor gaat dat niet. Maar als ik zie wat er in de wereld allemaal gaande is, ben ik bang dat ik mijn humor verlies. Dat wil ik nu voorkomen.”
‘Jos Collignon: Niet voor lange tenen’, tot en met 1 december 2024 in De Cacaofabriek Helmond. Gratis te bezoeken.
Meer over cartoons op Brabant Cultureel
© Brabant Cultureel 2024