Opera is meer dan ‘La Donna è mobile’ (Rigoletto) of ‘L’amour est un oiseau rebelle’ (Carmen). Lang leek het er echter op dat opera beperkt bleef tot Mozart, Verdi, Puccini, Bizet en voor de fanatici Wagner. Tot zo’n veertig jaar geleden Nikolaus Harnoncourt ook Monteverdi voor niet-musicologen Bühnefähig maakte. Daarna werd de ene na de andere naam aan het repertoire toegevoegd: Händel en Vivaldi bleken productieve operacomponisten, Offenbach werd weer afgestoft en Meyerbeer herontdekt. Johann Adolf Hasse bleef evenwel in de schaduw.
door Camiel Hamans
De naam van Johann Adolf Hasse (1699-1783) dook wel eens op als componist van religieuze muziek. In het Holland Festival van 1985 werd zijn opera L’eroe cinese als een curiosum opgevoerd en La Bartoli nam aria’s van hem op, maar een algemeen bekende naam wilde Hasse nog steeds niet worden.
Tot de jonge Griekse dirigent George Petrou met zijn eigen ensemble Armonia Atenea zich over Siroe, re di Persia ontfermde. Hij nam het werk op met wereldberoemde countertenoren als Max Emanuel Cencic en Franco Fagioli en de virtuoze sopraan Julia Lezhneva en trok ermee langs alle grote concertzalen van Europa. 17 Oktober 2015 deed hij het Amsterdamse Concertgebouw aan. De zaal werd bijna afgebroken.
Autoradio
Nicolas Mansfield, toen net aangetreden als intendant van de zeer afgeslankte Nederlandse Reisopera, hoorde de uitvoering op de autoradio en kon niet verder. Hij zette de auto aan de kant om de gehele uitzending te kunnen horen en besloot dat hij dit werk geënsceneerd op de planken zou brengen. Die belofte aan zichzelf heeft hij gehouden: tot 24 februari toert Siroe, re di Persia langs de theaters van Nederland. Helaas, wordt Noord-Brabant daarbij overgeslagen.
Siroe, een Jakob en Esau-verhaal, met vaardige hand in versregels gegoten door Pietro Metastasio, dé librettist van de achttiende eeuw en wiens teksten Mozart ook nog voor enige opera’s gebruikt heeft, is een typische opera seria, een heroïsche opera zoals die vanaf eind zeventiende eeuw in Napels tot bloei kwam. Toch is Hasse geen Italiaan, maar een Duitser die weliswaar zijn opleiding in Napels gekregen heeft, maar zijn grootste bekendheid verworven heeft als kapelmeester en hofcomponist van Friedrich August II van Saksen te Dresden, in die tijd bijgenaamd het Florence aan de Elbe.
Ballet
Van Siroe zijn twee versies bekend. De eerste is een krankzinnig lange die in 1733 in Bologna voor het eerst uitgevoerd is door de spectaculair zingende castraten Farinelli en Caffavelli. De latere, Dresdense versie die dertig jaar jonger is, sloot volgens Metastasio dichter aan bij de tekst, maar blijft, zoals zowel de Amsterdamse concertuitvoering als de theaterenscenering door de Reisopera bewijzen een feest van versiering, gekwinkeleer en stemtechnische hoogstandjes. Maar de avond is veel meer. De Reisopera coproduceert Siroe samen met het theater in Oldenburg. Daar was geen geld voor ballet. Helaas, want de dans is veel meer dan een aardige podium- en tijdvulling. De laag die de dansers aanbrengen in deze Siroe verduidelijkt het verhaal en de interpretatie.
Het gaat bij deze virtuoze barokopera niet uitsluitend of zelfs maar vooral om technisch vertoon. Er wordt gezongen, geacteerd, gedanst en gemusiceerd op zo’n hoog niveau dat de zaal het gevoel heeft zelf deel uit te maken van de handeling. Niet alleen de uitvoerenden zijn na afloop bezweet, ook het publiek.
Carnavalesk
Alles is een eenheid bij deze voorstelling, hoewel die uit contrasten is opgebouwd: het voordoek suggereert een klassiek baroktheatertje. Vervolgens komt daar een achtergrond doorheen die de beelden toont van kapotgeschoten steden als Aleppo. Eigentijdse kleding wisselt af met carnavaleske theaterkostuums. Het Orkest van het Oosten speelt op moderne instrumenten, maar al vanaf de eerste maat klinkt de muziek strak en doorzichtig alsof er een authentiek ensemble in de bak zit.
Dirigent George Petrou, inderdaad dezelfde als die zo’n pleitbezorger voor dit stuk en voor Hasse is, en regisseur Jakob Peters-Messer, hebben, hoezeer de intrige ook verspringt en meandert, een eenheid weten te smeden van verhaal, muziek en uitvoering. Bovendien zijn de stemmen een feest: of het nu het drietal dames is dat in Hosenrolle mannen verbeeldt of de Griekse sopraan Myrsini Margariti, die in Oldenburg zo goed als onvoorbereid moest invallen en die ook daar slaagde in het uithalen van de halsbrekende toeren die Hasse voorschrijft, of de twee enige echte mannen die als tenor (Juan Sancho, indertijd ook in Amsterdam), en countertenor (Nicholas Tamagna) vorstelijk moeten klinken, alle zes de zangers gooien hun hoge noten en coloraturen eruit alsof ze rozenblaadjes strooien bij een trouwerij. Met een gemak en een vreugde, dat het niet vreemd was dat bij de Enschedese première de zaal reeds als een man overeind kwam en een staande ovatie gaf voordat het slotensemble ingezet werd.
Ga dit zien, ga dit horen. Jammer genoeg niet in Noord-Brabant (zie over de Reisopera in Noord-Brabant het interview met Nicolas Mansfield in deze Brabant Cultureel), maar wel op berijdbare afstand. Wie al een voorproefje wil, kan kijken en luisteren naar de trailer op de website van de Nederlandse Reisopera.
Siroe, re di Persia van Hasse door de Nederlandse Reisopera
4 februari 2018 in Stadsschouwburg Utrecht
21 februari 2018 in het Zuiderstrandtheater Den Haag
24 februari 2018 in Theater aan het Vrijthof Maastricht
© Brabant Cultureel 2018
Heb deze opera gezien in Utrecht; schande dat geen van de Brabantse theaters deze voorstelling hebben geboekt!