De Eerste Biënnale Kunst in de Heilige Driehoek vindt plaats op een bijzondere locatie aan de rand van Oosterhout met drie kloosters op loopafstand van elkaar. Deze unieke plek dient als inspiratiebron en decor voor een expositie in en rondom de drie kloosters. De eerste editie gaat zaterdag 16 september 2017 open voor publiek. Het is een biënnale en meerdere edities zijn dus het doel. Dit jaar is kunsthistoricus Guus van den Hout de curator en Liefde het thema.
door Irma van Bommel
Cock Gorisse, als voorzitter van het bestuur van Stichting Kunst in de Heilige Driehoek ook initiatiefnemer, vertelt dat de drie kloosters een rijke traditie kennen in de kunst en het ambacht. Door het organiseren van de biënnale wil de stichting het prachtige gebied in de schijnwerpers zetten. Het doel is om de Heilige Driehoek te laten uitgroeien tot een centrum van kunst met ruimte voor experiment.
Curator van de grootschalige tentoonstelling is Guus van den Hout (1960). Hij is geboren en getogen in Oosterhout en groeide op als buurjongen van de Heilige Driehoek. Hij licht toe: “De expositie was oorspronkelijk gepland voor 2016. Maar wij hebben de kunstenaars gevraagd nieuwe kunstwerken te maken, speciaal voor deze expositie. Daar was geld voor nodig, maar ook tijd. Vandaar dat de biënnale nu pas plaatsvindt.” Van den Hout, voorheen onder andere directeur van Museum Ons’ Lieve Heer op Solder in Amsterdam en van Museum Catharijneconvent in Utrecht, is niet alleen thuis in oude religieuze kunst, maar juist ook in moderne kunst.
Omarmd
Van den Hout koos bewust niet voor gelovige kunstenaars die nog traditioneel werkzaam zijn, maar voor kunstenaars van deze tijd die zich bezighouden met vraagstukken over identiteit en spanningen in de wereld. “Dat levert werken op die soms schuren. De grens met wat acceptabel is voor de kloosterlingen schoof telkens op en het was mooi om te zien dat we steeds meer ruimte kregen. De kloosterlingen zijn mensen van deze tijd. Zij hebben het project omarmd.” Het thema is Liefde, afkomstig van ‘Geloof, Hoop en Liefde’, en gekozen vanwege de liefde voor dit gebied. Bij de volgende biënnale komt Geloof aan bod en bij de derde editie Hoop. Het bekende rijtje is afkomstig uit het Nieuwe Testament, waarin Paulus in zijn Eerste brief aan de Korinthiërs schreef: ‘Geloof, hoop en liefde, deze drie blijven, en de grootste daarvan is liefde.’
Maar liefst honderdvijftig werken van vijfentwintig kunstenaars zijn er te zien. En het kan niet genoeg worden benadrukt dat het hoofdzakelijk nieuw werk betreft. “Omdat de kloosters alle drie totaal verschillend van architectuur en sfeer zijn, was het een uitdaging een visie te ontwikkelen voor elk van de gebouwen”, zegt Van den Hout. “Dat betekende samenwerking met de kunstenaars, maar ook tussen de kunstenaars onderling. Een andere uitdaging was om de werken te tonen in bestaand licht, dus zonder het gebruik van spotjes.”
Sereen
In de sobere Sint-Paulusabdij, geheel opgetrokken uit baksteen, komen de werken van Reinoud van Vught prachtig uit. Vier grote schilderingen op papier zijn als een baldakijn in de lucht gehangen. Zij vormen een mooie eenheid met de marmerreliëfs van Athar Jaber op de vloer eronder. Deze platen die het vrouwelijke en het mannelijke verbeelden, doen denken aan grafzerken. Het geheel versterkt de serene sfeer van het gebouw.
In een van de zijbeuken zijn op vijf altaren evenzoveel beelden van keramiek te zien van Carolein Smit. De kunstenaar is erin geslaagd om met eigentijdse ogen naar oude, Bijbelse onderwerpen te kijken. Zo maakte zij van de Vredesduif een vadsig, ingedommeld exemplaar waarmee ze lijkt te willen zeggen dat wij nu wel in vrede en in overvloed leven, maar dat het vele geweld in onze omgeving aantoont dat die vrede heel broos is. De Madonna stelt zij voor als een moeder met een kind vol tatoeages. Die tatoeages wijzen dan vooruit naar het lijden van Christus. Het Lam Gods beeldde ze uit als een lam met gebonden poten, dat geslacht gaat worden. De Man van Smarten ziet er luguber uit vanwege de aanwezigheid van rode bloeddruppels over zijn hele lichaam. Dit beeld doet denken aan het werk van de middeleeuwse schilder Matthias Grünewald (1470-1528). Het is een confronterend beeld – dat vonden de kloosterlingen ook – maar omdat het uitdrukt dat Christus zich heeft opgeofferd uit liefde voor de wereld, kan het worden getoond. Het laatst werk, dat niet toevallig het dichtst bij het hoofdaltaar in de kerk staat, is de Graal. Deze staat symbool voor verlossing, loutering.
Eveneens in de Sint-Pauluskerk is de indrukwekkende installatie van dré didderiëns te zien. Het werk heet Filia wat zoveel betekent als de liefde van de zoon voor zijn moeder. De installatie bestaat uit oude zwartwit foto’s uit de jeugd van de kunstenaar en een poëtische tekst over een mooie zomerse dag, die plotseling wordt verstoord door een onvergeeflijke daad… van de moeder. Zij bleek te lijden aan depressiviteit en had een poging tot zelfdoding ondernomen. Een ouderwetse wringer in de installatie getuigt daarvan. Maar de kunstenaar heeft dit object helemaal bedekt met rozen ten teken dat hij haar heeft vergeven.
In de Onze-Lieve-Vrouweabdij is het indrukwekkende werk Madonna del Mare Nostrum van Hansa Versteeg te zien. Het lijkt een foto, maar het is geschilderd. Een vluchteling moeder met kind vormen een moderne madonna die hoopvol een onzekere toekomst tegemoet ziet. De reddingsdekens van aluminiumfolie die zij omhebben, verraden dat het hier om vluchtelingen gaat, maar geven het geheel ook een bijzondere glans.
Robin Kolleman maakt indruk met een beeld en een video-installatie. Het beeld toont een vrouw onder een doorzichtige boerka, met een meeuw op haar hoofd, symbool van de Partij voor de Vrijheid die dit kledingstuk juist wil verbieden. De installatie bestaat uit gefilmde portretten van een man en een vrouw, tegenover elkaar geplaatst. Het lijkt of zij naar elkaar kijken, maar ze zijn van elkaar gescheiden door de dood. Het beeld is gebaseerd op het verhaal van Orpheus en Eurydice. Mooi is dat de man en de vrouw zijn gefilmd tegen de achtergrond van de muur waartegen nu ook de films zijn te zien.
Kunst verdeeld over drie kloosters. Van die drie maakt de Sint-Paulusabdij de meeste indruk. Waarom? Misschien wel omdat hier de ruimte het meest leeg is gelaten. En het meest sereen van sfeer is. Kunst heeft hier de ruimte gekregen. Is de Onze-Lieve-Vrouweabdij al wat voller ingericht dan de Sint-Paulusabdij, in Sint-Catharinadal staan de werken gewoonweg te dicht op elkaar. Het is te hopen dat in de loop van de weken dat de Biënnale nu te zien is meer ruimte voor deze werken gevonden kan worden, zodat zij beter tot hun recht komen.
Klik om de werken te bekijken.
Magazine
Het is de verdienste van Guus van den Hout dat hij een grote groep kunstenaars bij elkaar heeft gebracht die op een vernieuwende manier bezig zijn met christelijke waarden. Ook al zijn mensen heden ten dage niet meer zo gelovig, onze maatschappij is wel doordrongen van de waarden van het christendom (waaronder naastenliefde) en dat leverde voor deze eerste biënnale volop betrokken en maatschappijkritische kunst op. Een magazine dat de expositie begeleidt, geeft onontbeerlijke achtergrondinformatie, want kunst spreekt niet altijd voor zich. In het magazine staat bijvoorbeeld dat kunstenaar en modeontwerper Aziz Bekkaoui een overeenkomst ziet tussen de patronen in het bidden en werken van de kloosterlingen en de kledingpatronen die hij zelf maakt. Voor wie deze toelichting mist, is dat niet meteen duidelijk.
Voor de opening op vrijdag 15 september verricht Bekkaoui een performance. Helaas is die opening alleen toegankelijk voor genodigden. Voor het publiek opent de expositie zaterdag 16 september 2017. In de Heilige Driehoek kun je gerust een dag vertoeven. Er valt genoeg te genieten van kunst, architectuur en natuur. En goed eten kun je er ook. Bij het Sint-Catharinadal is een horeca-gelegenheid en ook op enkele andere plekken is koffie en thee verkrijgbaar.
Deze eerste editie van Kunst in de Heilige Driehoek toont niet alleen werken die perfect passen in de serene sfeer van de kloosters, maar ook controversiële werken. Dat dit kan binnen nog bewoonde kloosters is erg uitzonderlijk.
Eerste Biënnale Kunst in de Heilige Driehoek, 16 september t/m 22 oktober 2017 in drie kloosters in Oosterhout: Sint-Catharinadal, Onze-Lieve-Vrouwebbdij en de Sint-Paulusabdij. Bij de tentoonstelling is een magazine verschenen.
Bij deze biënnale verschijnt ook een boek: Guus van den Hout (red.), Kunst in de Heilige Driehoek. Liefde. De 1ste biënnale. Eindhoven: Lecturis 2017, 120 pp., ISBN 978-94-6226-231-7, pb., € 25,00
© Brabant Cultureel 2017
Reacties (1)