Traditioneel Delfts blauw moderniseert hij naar de toekomst, vermengd met elementen uit andere culturen en uit de actualiteit. Dat is al jaren het visitekaartje van graffiti en street art pionier Hugo Kaagman (1955). In de Helmondse Cacaofabriek is tot en met 1 oktober 2017 de overzichtstentoonstelling ‘Kaagmania’ van deze Amsterdamse kunstenaar te zien. Met nog nooit eerder vertoond vroeg werk.
door Anja van den Akker
Delfts blauw en graffiti lijken twee volstrekt tegengestelde werelden. Terwijl Delfts blauw wordt geassocieerd met antiek, oubolligheid of toeristenkitsch staan graffiti en street art voor rebellie en eigenzinnigheid. Hugo Kaagman weet al sinds de jaren negentig beide werelden te combineren tot een volstrekt eigen mix waarin hij alles kwijt kan. Van Golfoorlog en pophelden tot Johnny Jordaan, kikkers en stripfiguren.
Betonmolens
Het werk van Kaagman is inmiddels een schoolvoorbeeld van postmodern conceptualisme: je kunt zijn kunst overal in de maatschappij kwijt. We zien Kaagmans Delfts blauw dan ook op vliegtuigen, boten, bussen, treinen, muren, koektrommels, kleding, ja zelfs op betonmolens en fietsbellen. Die laatste zijn op de expositie te koop maar ook gewoon via het internet. Gedecoreerd met een brave duif, kikker of molen, maar ook met twee spannende damesbillen op een zadel. Die laatste variant is meestal snel uitverkocht, grijnst Kaagman. “Ik geef toe, die fietsbellen zijn wellicht op het randje van kitscherige merchandise.”
Voor zijn hele Delfts blauwe oeuvre geldt trouwens de vraag: hoe balanceert deze kunstenaar op de rand van kunst en kitsch? Het antwoord ligt in het proces dat eraan voorafging. Want hij begon in 1969 ‘gewoon’ met graffiti en street art, geïnspireerd door punk en reggae. Tot 1985 werkte hij als graffitikunstenaar in Amsterdam, altijd met sjablonen, airbrush of stencils, wat hem de bijnaam Stencil King opleverde. “Met een sjabloon staat je werk meteen goed. En het gaat ter plekke sneller. Het snijden van de sjablonen is wel erg tijdrovend”, zegt hij.
Kenmerkend voor Kaagmans werk is de symmetrie, spiegeling en herhaling van patronen. Patronen zijn hem heilig. “Ik heb erg veel gereisd. In Marokko raakte ik in de ban van de patronen die ik daar tegenkwam. Dat maakte me nieuwsgierig naar wat voor patronen wij hier eigenlijk hebben. Ik stuitte op ons Delfts blauw, de Nederlandse variant van het Chinese porselein dat we via de Indiëvaarders hebben leren kennen. Vroeger was het voor de rijken, maar na de Tweede Wereldoorlog wilden we al die tierelantijnen niet meer. Delfts blauw werd meer iets van de toeristen. Ik ben met toeristenbussen meegegaan en heb een fabriekje van Delfts blauwe spullen bezocht. Ik vond de kleur blauw prachtig, maar dacht: dit kan veel mooier. Ik heb me verdiept in het hele procedé. Maar ook in muziek waarvan ik dacht dat ze erbij hoorde. Zoals Vader Abraham, Willy Alberti en Johnny Jordaan. Ik onderzocht alles vanuit het oogpunt: waardeer je eigen cultuur. Die wil ik behouden, maar dan wel verbeterd of gecombineerd met andere elementen.”
Iconen
Je ziet in Kaagmans werk de actualiteit terugkomen, van oorlogsdreiging tot protestbewegingen maar ook muziekiconen als Mick Jagger, Kurt Cobain, Barry Hay, Amy Winehouse, Lemmy Kilmister van Motörhead en zijn grote reggaeheld Lee Perry. Doeken en objecten, allemaal in fris Delfts blauw uitgevoerd, vaak vermengd met vertrouwde molentjes of fietsen en patronen uit andere culturen.
En zo overbrugt Kaagman de kloof tussen waardevol antiek Delfts blauw en kitscherige toeristenprullaria. Hij verbindt low culture en high art onder het motto: in alles zit een boodschap. Hij verwijst daarbij naar de Amerikaanse kunstenaar Jeff Koons. Vormen diens mierzoet gekleurde objecten niet ook het ultieme voorbeeld van low culture en high art? Grote waardering koestert hij voor de Britse graffitikunstenaar Banksy. “Hij heeft in 2000 de sjablonenkunst groot gemaakt. Via internet stak deze man de hele wereld aan waardoor street art een grote vlucht heeft genomen.”
Tweepersoonslakens
In de overzichtstentoonstelling Kaagmania – de titel verwijst naar de grote, manische passie die de kunstenaar steeds weer aan de dag legt – is overigens niet alleen Delfts blauwe kunst te zien. Er hangt ook werk uit de jaren tachtig dat nooit eerder werd geëxposeerd. Het is gemaakt op tweepersoonslakens, onthult Kaagman.
De vier doeken wijken in kleur en compositie sterk af: Spaghetti Knife (1984), Snail (1986), Mosaic Couple (1985) en Al Hambra (1984) zijn sterk beïnvloed door zijn Afrikaanse reizen. Inmiddels broedt de kunstenaar alweer op iets nieuws. Uitgangspunt is het heelal. Dat klinkt een beetje spiritueel, beaamt hij. “Het worden astrologische doeken.”
Maar het bloed kruipt waar het niet gaan kan en de graffiti blijkt toch altijd weer te trekken. “Soms als ik ’s avonds de hond uitlaat, neem ik stiekem weleens een busje verf en een sjabloontje mee. Inderdaad, het kind in mij is nog springlevend.” Ter gelegenheid van deze expositie maakte Hugo Kaagman een Helmonds doek in Delfts blauw waarop kenmerkende elementen van de stad terug te vinden zijn. Ook leuk: de flyer van deze tentoonstelling is tevens een sjabloon dat niet alleen op muren maar ook op bijvoorbeeld kleding is te gebruiken.
Kaagmania. Overzichtstentoonstelling graffiti en street art van Hugo Kaagman, t/m 1 oktober 2017 in de Cacaofabriek in Helmond.
© Brabant Cultureel 2017