door Herman Coenen
Gierzwaluwen
De steeds zich herhalende cirkel
en elk punt daarin
een jaarlijks eerbetoon
hoofd achterover
in de zoele avondlucht
het baldakijn van dak tot dak
van muur tot aanbouw
beschouwen
ogen laten openvleugelen
wijd als de lijfelijke liefde
het onnavolgbare wenden
sikkelende vlucht begeleid
door hoogtonig gieren
hun naam te snel af
en altijd weer in je oren
de echo van hoe ze na zonsondergang
de ijle atmosfeer in glijden
nageroepen uit de top van een conifeer
solitaire avondzanger.
Visioen
Jij, zachte vriendin, gaf me een visioen
stokrozen gloeiend in de namiddagzon
van mijn tuin. De zaden deed je erbij
om het waar te maken.
Nu ik hier op de stenen zit
bij het hoekje waar ik ze heb geplant
en het wachten is begonnen
ben ik met hun stilte
een halve duim in de zwarte grond
zie de wieg die klaar staat
een bergje zand, een rand bakstenen
rozemarijn en marjolein, de pronte stelen omhoog
overhuivend groen de framboos, en in een pot
de paarse Aubrieta gracilis
als vroeger in mijn moeders tuin
en heb geen diepere gedachte
dan dat alles altijd weer opnieuw begint
en zo verder – zaden die wij doorgeven aan elkaar
met de kracht van visioenen.
Vurige tongen
We hebben een windvlaag nodig
weer een keer zo’n stormwind
van boven de wolkentempels
rechtstreeks uit de zon
die onze hoofden in brand zet
likkende tongen van vuur
uitslaand, dat niemand een ander
nog mis kan verstaan, harten
uit hun wanden worden bevrijd
zielen uit hun lijfelijke banden
wij alle talen spreken en allen
deze ene: poëzie.
Dat poëzie
de wereld te hulp mag schieten
ongewapend, ontwapenend, zonder
zucht naar wat dan ook. De veldheren
de schoolmeesters, de zakenlieden in ons
doen verwaaien,
onstuimige zee van argeloze min.
Herman Coenen (1946) is socioloog en oud-hoogleraar van de Universiteit voor Humanistiek (Utrecht) en woont in Tilburg. Hij publiceerde eerder gedichten en korte verhalen in literaire tijdschriften, eigen bundels en op cd. Hij publiceert met enige regelmaat in Brabant Cultureel.
© Brabant Cultureel – 2017