In 2013 begon een groep liefhebbers onderzoek te doen naar zilver en zilversmeden in Bergen op Zoom en omgeving. Tot die tijd was daar nauwelijks iets over bekend, terwijl al in 1343 de eerste edelsmid in de stad werd genoemd. Als resultaat van dit onderzoek zijn er nu een boek en een grote tentoonstelling die echter niet aan de verwachtingen voldoet.
door Lauran Toorians
Aan de vrijwilligers die ijverig zilver hebben gepoetst voor de tentoonstelling ligt het niet, maar de expositie rond ‘zes eeuwen zilver in en rond Bergen op Zoom’ glanst niet. Voor een deel ligt dat zeker aan de presentatie van de objecten in de vitrines die hier en daar ronduit liefdeloos lijkt. Veel meer dan vol gelegd lijken die vitrines dan niet. Slecht uitgelicht en in enkele gevallen is de vitrine beschadigd of ligt het gekleurde velletje papier onder de objecten slordig scheef. Bij verfijnde voorwerpen die dit edelsmeedwerk toch zijn, telt elk detail en daarin schiet de presentatie tekort.
Lovenswaardig
Hoe het zo is gekomen, is niet duidelijk, maar een aantal factoren lijkt zeker een rol te spelen. En dat terwijl het initiatief zo lovenswaardig is. Tot voor kort was er nauwelijks iets bekend over de driehonderdvijftig tot vierhonderd zilversmeden die vanaf de late veertiende eeuw in Bergen op Zoom en omgeving actief zijn geweest. Een aantal liefhebbers onder aanvoering van Jean-Pierre van Rijen en Cees Vanwesenbeeck heeft hier sinds 2013 onderzoek naar gedaan. Dat gebeurde onder de paraplu van de Stichting Bergens Zilver en resulteerde in een boek en de tentoonstelling Voorbij ijdelheid.
Of het dilemma al in die titel besloten ligt, laat ik graag in het midden. Een van de problemen is dat het project blijkbaar almaar groter werd en er nu feitelijk niet één tentoonstelling is, maar een hele reeks tentoonstellingen. Om te beginnen wordt er geëxposeerd op vijf locaties in de stad. Naast het Markiezenhof zijn dat de Gevangenpoort, de Sint-Gertrudiskerk, de Ontmoetingskerk en de voormalige synagoge. Nu is een wandeling door het centrum van Bergen op Zoom best aantrekkelijk en is dit een aardige truc om meer bezoekers in de stad te krijgen. Maar wie komt om al het zilver te zien, moet aardig doorstappen terwijl de expositiedelen buiten het Markiezenhof allemaal behoorlijk kleinschalig zijn.
Wie nu denkt dat het om vijf deeltentoonstellingen gaat, heeft het mis. Het geheel is opgebouwd in maar liefst zestien ‘verhaallijnen’ of thema’s en die zijn zo verschillend dat het soms lijkt alsof het totaal verschillende tentoonstellingen zijn die niks met elkaar van doen hebben. Letterlijk het meest exotisch is het thema ‘woestijnzilver’ met sieraden uit het Nabije-Oosten en Noord-Afrika. Dat zou nog niet zo gek zijn wanneer het hier familiestukken betrof van Marokkaanse en andere allochtone families waarvan er veel in Bergen op Zoom wonen. Maar dat is niet het geval. Het betreft hier grotendeels de privécollectie van een verzamelaar. Daar is niks wezenlijk mis mee – het is een fraaie collectie en in dit deel van de tentoonstelling is de presentatie uitstekend – maar de vraag is wel waarom dit bedoeïenenzilver hier een plaats kreeg. Met Bergen op Zoom heeft het weinig van doen.
Leerlingen
Een ander buitenbeentje in het grotere geheel, eveneens in het Markiezenhof, vormen de resultaten van een project waarin leerlingen van het voortgezet onderwijs in Bergen op Zoom samen met leden van de Stichting Arsis kunst en sociëteit installaties maakten met het thema ‘zilver’. Hier is de bezoeker ineens in een galerie (letterlijk in een galerij van het stadspaleis die normaal voor bezoekers gesloten is) met hedendaagse installaties die licht en geluid produceren. Dit vormt zeker een welkom onderdeel binnen het geheel dat zich juist had geleend voor een eigen locatie, waarin het waarschijnlijk meer rust en aandacht van de bezoekers had gekregen. Bezoekers die nu door het Markiezenhof een speurtocht afleggen op zoek naar de volgende vitrine met zilver.
Want ook dat ervoer ik als een minpunt. Er is naar gestreefd om de onderdelen van de tentoonstelling ‘in context’ te tonen, meldt een informatiepaneel bij de ingang. Dat is een nobel streven, maar het leidde tot extra versnippering en soms, in een grotere zaal, tot zoekend rondkijken. Met name in de Blauwe Zaal van het museum leidde mij dat uiteindelijk naar de beroemde tazza (een grote platte schaal op een voet waaruit wijn werd gedronken) die gewoon op zijn vaste stek bleek te staan. Een meer prominente plek en wat meer toelichting waren in het kader van de huidige tentoonstelling beslist op hun plaats geweest.
Andere thema’s in het Markiezenhof zijn dan weer behoorlijk educatief van opzet en geven een goed beeld van het ambacht van edelsmid. Bij dit alles kon ik mij niet aan de indruk onttrekken steeds weer in een heel andere tentoonstelling terecht te komen, alsof er aan de hele manifestatie niet één doordacht concept ten grondslag ligt en iedereen die een inbreng in het project heeft gehad zijn of haar eigen presentatie mocht maken. Het totaal komt daardoor niet uit de verf.
Avondmaalsbekers
De meest ‘afgelegen’ tentoonstellingslocatie is de monumentale, bakstenen Ontmoetingskerk uit 1928. Heel toepasselijk worden hier avondmaalbekers en avondmaalserviezen getoond van onder andere de Bergse zilversmid Willem van Dalen en zijn Steenbergse collega Cornelius Dijkers. In de Grote of Gertrudiskerk zijn naast liturgisch vaatwerk ook kazuifels en andere paramenten te zien, en zilver dat hoort bij de traditie van processies en bedevaarten.
In de voormalige synagoge dan weer geen joods (ritueel) zilver, maar uitingen van verzet tijdens de Tweede Wereldoorlog. Dat betreft sieraden waarin zilveren munten zijn verwerkt met de kop van koningin Wilhelmina, maar ook een sigarettendover bestaande uit een aan elkaar gesoldeerde stuiver, cent en een kwart cent die zinspelen op de naam van Reichskommissar Seyss-Inquart, naast pamfletten en spotprenten. In de Gevangenpoort – een bezienswaardige plek, maar alleen toegankelijk via een lange stenen trap – is prijzen- en herinneringszilver te zien van Bergse verenigingen, naast enkele andere objecten waarbij de snuifdoos van Lodewijk Napoleon de aandacht trekt.
Laat duidelijk zijn dat hier onder het motto Voorbij ijdelheid veel moois valt te zien. Sommige objecten hebben ook verrassende verhalen, zoals de puntgave zilveren mosterdpot die een Bergenaar vond bij het uitgraven van de middeleeuwse kelder onder zijn huis en die bij Kunst en Kitsch de oudste in zijn soort bleek te zijn. Wat mist, is glans en samenhang waardoor het lijkt dat het geld op was toen de expositie eenmaal moest worden ingericht. Jammer. Had de stad echt geen spaarpotje meer voor wat extra subsidie?
(Omdat van het boek Zilver in en rond Bergen op Zoom geen recensie-exemplaar beschikbaar werd gesteld en ik dit slechts vluchtig heb kunnen inzien, is dit boek niet meegenomen in deze recensie. Ik kan slechts zeggen dat het eruit ziet als een mooi verzorgde uitgave.)
‘Voorbij de ijdelheid’. Zes eeuwen zilver in en rond Bergen op Zoom, t/m 29 oktober in het Markiezenhof en op vier andere locaties in Bergen op Zoom.
Jean-Pierre van Rijen & Cees Vanwesenbeeck, ‘Zilver in en rond Bergen op Zoom’. Bergen op Zoom: Stichting Bergen op Zilver 2017, 368 pp., ISBN 978-90-73548-14-5, hb., € 49,95.
© Brabant Cultureel – 2017