Over Kamp Vught zijn al veel publicaties verschenen, maar met ‘Wraak op het verzet’ voegt historicus Ad van Liempt daar een nieuw hoofdstuk aan toe. In het boek beschrijft hij op indringende wijze de vele oorlogsmisdaden die in het SS-concentratiekamp zijn begaan. Van het boek is inmiddels een tweede druk verschenen.
door Emmanuel Naaijkens
In januari 1944 arresteerden de Duitsers de dan zeventienjarige Jef van der Heijden vanwege zijn betrokkenheid bij de Pilotenlijn in Hilvarenbeek. Een ondergrondse organisatie die neergeschoten piloten, joodse onderduikers en andere mensen op de vlucht voor de Duitse bezetter de Belgische grens overbracht. Van der Heijden belandde via omwegen in Konzentrationslager Herzogenbusch (Kamp Vught) waar hij werd gemarteld door de SS om zo namen los te krijgen van andere leden van die verzetsgroep. Dat gebeurde in aanwezigheid van plaatsgenoot Gérard Kuijpers, een schoenfabrikant die collaboreerde met de Duitsers. Jef van der Heijden kreeg later de kans om te ontsnappen en overleefde de oorlog.
Misverstand over geallieerde opmars
Dat gold niet voor zijn vader Jos en zijn twee broers Marcel en Staf die eveneens in kamp Vught waren opgesloten. Zij werden op 5 en 6 september 1944 met zo’n 3450 andere kampbewoners, mannen en vrouwen, in veewagens gepropt en afgevoerd naar de concentratiekampen Sachsenhausen en Ravensbrück. De Duitsers ontruimden in grote haast het kamp, omdat het erop leek dat de geallieerden vanuit Antwerpen met een snelle opmars bezig waren. Dat nieuws berustte op een misverstand, zo schrijft historicus en journalist Ad van Liempt (1949) in Wraak op het verzet, maar dat had wel fatale gevolgen voor de mensen in het kamp. Van de begin september afgevoerde gevangenen kwam meer dan de helft om in Duitse kampen.
Over de gebeurtenissen in kamp Vught, dat maar iets meer dan een anderhalf jaar heeft bestaan, zijn in de loop der jaren al heel wat publicaties verschenen. Maar Van Liempt heeft voor het eerst een overzichtelijke reconstructie gemaakt van de laatste, gruwelijke maanden. Het beeld dat hij schetst, toont dat kampbewaarders, aangevuurd door de kampleiding, niets ontziend gevangenen belaagden, mishandelden, vernederden en vermoordden. Honderden gevangenen werden geëxecuteerd. Standrechtelijk wel te verstaan, want waar de Duitsers eerder nog wel schijnprocessen voerden, kwam er nu geen rechter aan te pas.
Een hoger aantal slachtoffers
Dat in kamp Vught gevangenen massaal zijn terechtgesteld, was natuurlijk al bekend, maar Van Liempt kwam in zijn onderzoek uit op een hoger aantal slachtoffers dan altijd is aangenomen. Op grond van uitvoerig onderzoek in archieven komt hij op meer dan vierhonderd uitgevoerde executies, terwijl op het monument van de fusilladeplaats 329 namen staan.
Berucht was in het concentratiekamp ‘de Bunker’, een gevangenis binnen de gevangenis. Daar werden gevangenen onder wrede omstandigheden vastgehouden, in bange afwachting van een mogelijke terechtstelling. Een van die gevangenen was de eerdergenoemde Jos van der Heijden, die wel de Bunker overleefde, maar later in Bergen Belsen aan ontberingen is gestorven.
De naam van de Bunker is overigens vooral verbonden met het drama van de vierenzeventig vrouwen die in januari 1944 bij wijze van represaille gedurende een nacht in één cel werden opgesloten. De volgende dag bleken tien van hen door verstikking om het leven gekomen, vele anderen waren voor hun leven getekend.
Op grote schaal oorlogsmisdaden
Volgens Van Liempt zijn er nergens in Nederland door de Duitsers op zulke grote schaal oorlogsmisdaden gepleegd, als in die laatste maanden van Kamp Vught. Het blinde geweld kwam volgens Van Liempt vooral voort uit een wraakzucht tegen het verzet. Want mede door acties van het verzet ging de droom van de nazi’s voor de stichting van het Derde Rijk teniet. Gevoed door een gewetenloze kampleiding gingen bewakers ongenadig te keer. Vooral Hans Hütig, de laatste kampcommandant, was rücksichtslos blijkt uit het boek van Van Liempt.
Ondanks de ernstige misdaden zijn de meeste verantwoordelijken na de oorlog niet of nauwelijks bestraft, schrijft Van Liempt. Hütig bijvoorbeeld bleef uit handen van justitie omdat hij tegen Amerikaanse onderzoeksrechters volhield dat tijdens zijn regime in Kamp Vught de gevangenen goed waren behandeld. En ook beweerde hij dat hij had geweigerd bevelen uit te voeren van zijn superieuren om gevangenen te vermoorden. Uiteindelijk leidde het onderzoek wel tot een proces, maar dat ging over Hüttigs rol in een ander kamp. Hij kreeg levenslang van de rechter, maar kwam na twee jaar op vrije voeten. Die straffeloosheid van deze misdaden stemt bitter.
Dat Hüttig in Kamp Vught opdracht had gegeven om op 3 juni 1944 de laatste vierhonderd Joodse gevangenen van het zogeheten Philips Kommando in veewagons naar Duitsland af te voeren, kwam ook niet aan de orde. Een deel van deze gevangenen overleefde overigens de kampen doordat zij de vaardigheid hadden om met elektronica te werken. Ze werden daarom tewerkgesteld in Duitse fabrieken. Tot degenen die na de oorlog naar huis terugkeerden waren de twee Joodse zussen Mijntje en Theresia Haas, beiden achter in de twintig. Ze hadden ondergedoken gezeten in Hilvarenbeek, maar waren in dezelfde periode gearresteerd als vader en zoons Van der Heijden en overgebracht naar Kamp Vught.
Systematisch van elke menswaardigheid beroofd
Het lot van de Hilvarenbeekse verzetsmensen en onderduikers is niet opgenomen in Wraak op het verzet, maar er staan wel tal van andere getuigenissen in het boek. Van Liempt slaagt erin om het ‘grote verhaal’ van Kamp Vught heel invoelbaar te maken door veel mensen aan het woord te laten over wat hen is aangedaan. Zelfs als je zoals ik veel van dit soort boeken hebt gelezen, is het schokkend om te lezen hoe de gevangenen systematisch van elke menswaardigheid zijn beroofd. Zij werden letterlijk behandeld als vee, of eigenlijk nog erger.
In zijn boek wijdt Van Liempt een apart hoofdstuk aan zeven Brabantse burgemeesters die op 5 en 6 september eveneens door de SS naar Sachsenhausen waren gedeporteerd. Zij hadden het gewaagd om Duitse bevelen om mee te werken aan razzia’s te trotseren. Moedige overheidsdienaren, waarvan er zes hun onverzettelijke houding met de dood moesten bekopen. Het is terecht dat Van Liempt hen op deze manier eer bewijst.
Ad van Liempt heeft inmiddels een hele reeks boeken over de oorlog op zijn naam staan en is een autoriteit op dit gebied. Zijn reputatie liep een deuk op door zijn biografie, vijf jaar geleden, over Gemmeker, commandant van Kamp Westerbork. Critici verweten hem slordig met bronnen te zijn omgegaan. Naar mijn idee is die kwestie toen behoorlijk overdreven en is ten onrechte twijfel gezaaid over de integriteit van Van Liempt.
Wat zou ik hebben gedaan?
Want laten we wel wezen. Van Liempt slaagt er telkens in om ingewikkelde geschiedenissen die zich in de oorlog afspeelden voor een groot publiek toegankelijk te maken. In Wraak op het verzet geeft hij inzicht in wat vaak gewone mensen, van uiteenlopende pluimage, er toe bracht om zich tegen onderdrukking en vervolging teweer te stellen. En dat doet de lezer zich onbewust afvragen: Wat zou ik hebben gedaan?
Van Liempt heeft een vlotte, journalistieke schrijfstijl en weet persoonlijke getuigenissen en feitelijke gebeurtenissen, gebaseerd op gedegen onderzoek, goed te doseren. Daarmee draagt hij in er hoge mate aan bij dat de donkere jaren ’40 -’45 in het collectieve geheugen van het publiek verankerd blijven.
Ad van Liempt, Wraak op het verzet. Amsterdam: Balans 2024, 272 pp., ISBN 978-94-638-2356-2, pb., € 23,99. www.uitgeverijbalans.nl
Luister hier naar het diepgaande interview (01:30:54) door ‘De Betweters’ met Ad van Liempt over zijn boek Wraak op het verzet.
Meer over Kamp Vught op Brabant Cultureel
© Brabant Cultureel 2024