Elly, een joods meisje met ‘Fingerspitzengefühl’ dat dankzij Philips de kampen overleefde

Het verhaal van de joodse Esther Vleeschhouwer-Blocq die dankzij Philips de concentratiekampen overleefde, is een van de vele verhalen uit de oorlog die verteld moeten blijven. Femmetje de Wind legde haar geschiedenis vast in het boek Hij noemde me Elly.

door Peter van Vlerken

Voor het Philips-Kommando in Kamp Vught had het Eindhovense elektronicaconcern in de oorlog joodse meisjes nodig met fijne vingers. Alleen zij konden het subtiele soldeerwerk verrichten voor het vervaardigen van onderdelen van radiobuizen die bestemd waren voor de Duitse wapenindustrie. Niet dat Elly, die in werkelijkheid Esther heette, over zulk Fingerspitzengefühl beschikte. Eigenlijk was zij helemaal niet zo handig, maar door een gelukje werd zij op het laatste moment uit de rij geplukt van een groep kampgevangenen die op het punt stond per trein te worden afgevoerd. Zij kon voor Philips gaan werken. Tot haar eigen verbazing kreeg zij het solderen zowaar in de vingers…

Dan kap ik ermee

Het geluk van Elly bestond eruit dat haar man, met wie zij in Amsterdam heel jong was getrouwd omdat dat de beste kansen bood voor joden om aan deportatie te ontsnappen, in Kamp Vught op de administratie te werk was gesteld. Als Elly op de trein wordt gezet, dan kap ik ermee, had hij te verstaan gegeven aan zijn Duitse leidinggevende, die voor dat dreigement door de knieën ging.

joodse
Philips-werknemers aan het werk in Kamp Vught.

Over de tewerkstelling van joodse Philips-werknemers in Kamp Vught, die op die manier kriegswichtig voor de Duitse bezetter werden en bescherming genoten, is al veel geschreven. Maar zo tot in de kleinste detail en zo persoonlijk alsnu in Hij noemde me Elly is dit toch weer een waardevolle toevoeging aan de oorlogsgeschiedenis.

joodse

Philips kon niet verhinderen dat de Duitsers veel werknemers uit Vught uiteindelijk toch deporteerden, naar Auschwitz zelfs, maar tot in dat gruwelijke vernietigingskamp strekte de invloed van het predicaat kriegswichtig te zijn. Elly moest gaan werken bij Telefunken in Reichenbach. Vanaf daar maakte zij tegen het einde van de oorlog een ware odyssee langs kampen als Bergen-Belsen en Neuengamme. Om uiteindelijk verzwakt, met haar tweeëntwintig kilo tot op het bot vermagerd en zo ziek dat zij ten dode opgeschreven leek, na aansterking en genezing via Denemarken en Zweden terug te keren naar Nederland.

Als geheugensteun een boekje

Schrijfster Femmetje de Wind tekende het verhaal op uit de mond van de achtennegentigjarige Esther Vleeschhouwer-Blocq, die als geheugensteun een boekje met herinneringen bij de hand hield. Femmetje de Wind maakte er met kleine aanpassingen een historische roman van die je als lezer maar moeilijk kunt wegleggen.

joodse
Femmetje de Wind. Foto > Yvette Kulkens

“Sommige dingen kon ik niet opschrijven”, zegt Esther in het voorwoord van het boek, “die waren te gruwelijk.” Ze wil dat haar kleinkinderen en volgende generaties weten hoe het haar in de oorlog is vergaan. “Maar weet je, het klinkt als een heroïsch verhaal, acht concentratiekampen overleven, maar ik denk vooral dat ik heel veel geluk heb gehad.” Veel geluk, en een helpende hand van Philips.

Femmetje de Wind, Hij noemde me Elly. Historische roman, The House of Books 2024, 415 pp., ISBN 9789044367256, pb., € 23,99.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *