De gedichten van Niels Landstra nodigen uit tot herlezen

Niels Landstra is dichter, schrijver, schilder en muzikant en was een van de stadsdichters uit het Stadsdichterscollectief Breda, opgericht in 2014. Hij schildert landschappen en stadsgezichten die hij voorziet van gedichten. Hij publiceert in literaire tijdschriften en recent verscheen een nieuwe dichtbundel.

door Lauran Toorians

Er deint nogal wat in Landstra’s bundel Uit de schaduw naar het andere licht. Dat kan lieflijk en romantisch zijn, in een bootje op de kabbelende golven, maar dat lijkt het in de gedichten in deze bundel nooit te zijn. Hooguit is het dat ooit geweest, want er heerst vooral weemoed en nostalgie. Het is natuurlijk altijd riskant om aan te nemen dat de ik-persoon in een literair werk overeenkomt met de auteur, maar we lijken hier vandoen te hebben met een vrouwenverslinder die zijn zestigste verjaardag voelt naderen en moet constateren dat de wilde haren beginnen te dunnen.

Niels Landstra

Niels Landstra (Ridderkerk 1966) groeide in Noord-Brabant als telg in het voor de rest Amsterdamse familie. Taal en dialect werden daardoor belangrijke drijfveren voor zijn schrijverschap en deze omstandigheid legde ook de basis voor een reizend bestaan. In Nederland woonde hij onder meer in Breda, Bussum en Amersfoort, maar hij verbleef ook enige tijd in Zuid-Frankrijk en emigreerde uiteindelijk naar Hongarije. In 2004, terug in Noord- Brabant, volgde zijn literaire debuut in het literaire (web)magazine Meander. In 2012 verscheen zijn eerste dichtbundel Waterval waarna nog enkele bundels volgden. In 2022 verscheen zijn debuutroman Monddood. Van de bundel Uit de schaduw naar het andere lichtverschenen enkele gedichten bij wijze van voorpublicatie in Brabant Cultureel.

Af en toe lijkt de beeldspraak te ontsporen

Dat Landstra met taal overweg kan, is duidelijk. Zijn gedichten zitten doordacht in elkaar en door af te zien van leestekens zijn de teksten al snel voor meerdere interpretaties open. De teksten nodigen dus uit tot herlezen. Wel lijkt mij af en toe de beeldspraak te ontsporen. Zo kan ik mij weinig voorstellen bij ‘een zee / die zich terugtrekt naar een branding’. Misschien ligt het aan mij, maar in mijn beleving komt de branding aanstormen en trekt hij zich juist niet terug. In een ander gedicht ‘ratelen de hoeven van paarden’ bij een landgoed. Maar zijn het niet de wielen van de wagens (karossen, koetsen of wat dan ook) die ratelen terwijl de paardenhoeven kletteren? Dichterlijke vrijheid, allicht, of het andere licht uit de titel van de bundel, of een kwestie van de plank op de kop slaan.

De weemoedige sfeer van de bundel spreekt mooi uit het gedicht ‘Het verwoeste landschap van mijn ziel’, waarin zowaar twee komma’s staan:

Op het verwoeste landschap van mijn ziel
bouw ik trouw rokende torens, kastelen
van rottende lucht en zinkende speelholen

Wolken in de hemel daarachter witte vogels
schijnt het licht van zeven enorme zonnen
rijzen oceanen om en zweefmolen van glas

cirkelen manden aan varende luchtballonnen
boven een regenachtig schemerig landschap
dat verwoest uit mij buitelt, doven en fragiel

Misschien is dit de blik ‘vanuit de schaduw naar het ander licht’. Een licht delirium lijkt het, maar dat is dichters nooit vreemd geweest.

Niels Landstra, Uit de schaduw naar het ander licht. Gedichten en aforismen. Den Haag: U2pi BV 2023, 42 pp., ISBN 978-94-9329-998-6, pb., € 15,00.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *