Jubilerende philharmonie zuidnederland wil de luisteraar gelukkig maken

Philharmonie zuidnederland bestaat tien jaar. Intendant Stefan Rosu kijkt terug en blikt vooruit: “We gaan van uitvoerende partij naar maker”, kondigt hij aan. “Klassieke muziek vergrijst en we willen daarom ons publiek verbreden. Wij laten het publiek ervaren dat je er gelukkig van wordt als je je in de muziek laat vallen of dat de muziek je troost biedt. Wij zijn geluksmakers.”

door Camiel Hamans

De philharmonie zuidnederland bestaat tien jaar en Stefan Rosu (Osnabrūck 1960), eerder orkestmanager in Hilversum, Salzburg en Luxemburg, was er vanaf het begin bij. Aan hem was de taak om de fuserende orkesten van Limburg en Noord-Brabant tot een geheel te smeden. ‘Architect van de samenwerking’ noemt hij zichzelf in de programmabrochure van dit seizoen en dat was hij ook, samen met de eerste chef-dirigent Dmitri Liss.

Stefan Rosu: “we konden constructief beginnen”. Foto > Hugo Thomassen

“Toen ik begon in 2013, waren de ontslagen al gevallen. Dat wilde ik ook. Ik wilde pas beginnen nadat alle besluiten genomen en alle zaken duidelijk waren. Ik ontmoette de overgebleven leden van het orkest voor het eerst in Roermond. Ik trof daar een zeldzaam mengsel van gevoelens, enerzijds teleurstelling dat het niet gelukt was de beide orkesten te behouden, anderzijds de wil om er wat van te maken. Ik denk dat dit een typisch Nederlandse eigenschap is: als er geen alternatief meer is, zetten we de schouders eronder. Vanaf dag één heb ik daardoor het gevoel gehad dat er ruimte was om iets nieuws te beginnen. Vanzelfsprekend is dit niet. Soms is de pijn zo groot dat je jaren nodig hebt voordat je aan een nieuwe start toekomt. Dat was hier niet het geval, we konden constructief beginnen.”

Dmitri Liss kenden we van het Brabants Orkest

“Het eerste seizoen was nog helemaal voorbereid door Jan Zekveld, die vroeger de VARA Matinée geleid had, en door de dirigenten Jan Willem de Vriend en Kees Bakels. Bij binnenkomst kon ik me dus gaan richten op de vraag hoe gaan we verder. Met wat voor een series en vooral met welke dirigent. Je overlegt, komt tot een long list en vervolgens een short list en dan wordt die dirigenten gevraagd of ze interesse hebben om als gast te komen. Dmitri Liss kenden we van het Brabants Orkest waarmee hij eerder gewerkt had. Gelukkig ging hij op onze uitnodiging in. De samenwerking was zo prettig dat we hem vroegen of hij onze nieuwe chef wilde worden. Hij was al dirigent van het Filharmonisch Orkest van de Oeral, gevestigd in Jekaterinenburg waarmee hij in binnen- en buitenland steeds meer bekendheid wist te verwerven, maar hij was toch bereid naar Eindhoven en Maastricht te komen. In de vijf jaar dat hij met ons gewerkt heeft, heeft hij een geweldige prestatie verricht. Hij is natuurlijk een zeer ervaren Russische maestro, maar daarnaast ook een groot orkestpedagoog, waardoor de philharmonie nu een eenheid is.”

“Als orkestmanager werk je, twee, drie of zelfs vier jaar vooruit.” Foto > Hugo Thomassen

“Als orkestmanager werk je, twee, drie of zelfs vier jaar vooruit. In de periode met Liss keek ik dus al uit naar de volgende chef. Dat Liss niet zou blijven, was duidelijk. Ware de Oekraïne inval er niet tussen gekomen, dan zou hij nu met zijn orkest uit Jekaterinenburg waaraan hij al een kwart eeuw gebouwd heeft, een wereldcarrière aan het maken zijn. Zijn hart en ziel liggen bij dat, zijn, orkest. We zijn dus andere dirigenten als gast gaan uitnodigen. Ik hou ervan gastdirigenten vaker uit te nodigen. Er zijn collega’s die als een gastdirigent tegenvalt, hem meteen van hun lijstje te schrappen. Ik niet, ik nodig zo iemand graag nog eens een tweede of derde keer uit.”

“Bij Duncan Ward was dat niet nodig. Ook al was hij toen nog piepjong, nog geen dertig. Hij maakte bij ons meteen een fantastische eerste indruk. Ik heb toen de vraag aan het orkest voorgelegd of we hem zouden vragen chef te worden, ook al was hij nog zeer jong en ook al hadden we maar één project met hem gedaan. Zouden we het risico aangaan? Een grote meerderheid adviseerde positief. Ik heb Duncan toen in de opera in Keulen opgezocht en hem gevraagd wat hij van het idee vond. Hij voelde zich vereerd. Ook zelf had hij het zo’n fijne week gevonden. Dat de philharmonie zuidnederland niet alleen het gekende symfonische repertoire uitvoert, maar ook opera begeleidt en aan educatie doet, maakte het voor hem zeer aantrekkelijk. We hebben toen een contract getekend voor drie jaar, dat we onlangs verlengd hebben met nog eens drie jaar plus een mogelijke optie. Dus tot ongeveer 2027 kunnen we er zeker van zijn dat we van hem mogen blijven genieten. Iedereen trekt nu aan hem. Hij werkt met het London Symphony Orchestra, is verbonden aan het festival in Aix, dirigeert regelmatig in Bremen, Hamburg, München, Wenen, Salzburg, Keulen, Berlijn, Dresden, Luzern en Zurich, heeft zijn debuut gemaakt aan de MET in New York en is actief als componist. Hij wordt overal gevraagd, maar hij is chef in Limburg en Brabant.”

Duncan Ward en Stefan Rosu. Rosu: “Ik heb de vraag aan het orkest voorgelegd of we hem zouden vragen chef te worden, ook al was hij nog zeer jong en ook al hadden we maar één project met hem gedaan. Een grote meerderheid adviseerde positief.” Foto > Hugo Thomassen

Duncan Ward benadert de musici als gelijken

“Duncan Ward is een heel ander mens dan de oude maestro’s. Hij benadert de musici als gelijken, hij ziet ze als samenwerkers. Niemand noemt hem maestro. Omdat hij zoveel geeft aan het orkest en zich zo verbonden voelt met de philharmonie zuidnederland hebben we hem de vrije hand gelaten bij de invulling van onze jaarlijkse componistendag, 27 januari 2024 in Maastricht. Dat wordt nu niet werk van één componist, maar een dag gewijd aan Britse muziek van Purcell, Britten en Holst en een werk van Duncan zelf. In Eindhoven voeren we het slotconcert van de dag op 26 januari al uit.”

Duncan Ward. “Duncan benadert de musici als gelijken, hij ziet ze als samenwerkers. Niemand noemt hem maestro.” Foto > Holger Talinski

“Duncans andere manier van werken sluit enorm aan bij hoe wij denken dat de toekomst van ons orkest en de klassieke muziek moet zijn. Het publiek voor klassieke muziek vergrijst. Voor hele grote groepen is de concertzaal een gewijde omgeving waar zij geen toegang toe hebben en jongeren komen door gebrek aan muzikale educatie ook niet meer vanzelfsprekend in contact met klassieke muziek. Wij gaan proberen daar wat aan te doen. Samen met het MCIN, Maastricht Centre for the Innovation of Classical Music – een mede door ons geïnitieerd onderzoeksinstituut aan de Universiteit van Maastricht – hebben we het format bedacht van de ‘People Salon’. Daarbij is niet het repertoire het uitgangspunt, maar de ervaring van een willekeurige persoon uit ons publiek. Die vragen we naar zijn of haar verhaal en hoe dat verbonden is met muziek, welke herinneringen iemand heeft aan een specifiek stuk, een specifiek genre of een speciale melodie. Iemand die zich herinnert hoe zijn vader op zondagochtend grammofoonmuziek draaide, terwijl hij boven nog in bed lag en wilde doorslapen en bij welk stuk hij dacht ‘nu kom ik er maar uit’. Iemand anders die zich het melodietje herinnert dat hij floot onder het raam van zijn geliefde, zodat ze wist dat hij stiekem op haar stond te wachten.”

We willen, dat zal duidelijk zijn, muziek op een andere manier laten ervaren.

“Een mevrouw vertelde bijvoorbeeld dat zij jarenlang met haar moeder naar de concertzaal ging. Haar moeder is inmiddels overleden, maar het staat haar nog zo bij hoe haar moeder en zij genoten van het langzame deel in het eerste pianoconcert van Rachmaninov dat zij elke keer als ze het weer hoort, aan haar moeder en hun band moet denken. Als zo’n verhaal verteld wordt, en vervolgens dit concert gespeeld, is dat een heel andere luisterervaring dan als het stuk kaal uitgevoerd wordt.”

Dan hoor je niets anders dan het kopergeweld

“Een ander nieuw idee dat we willen uitproberen is de Philsurround. Dat is een concert waarbij je tussen de musici kunt zitten. Dus tussen de celli of net voor de trompetten. In het laatste geval zul je merken dat je niets anders hoort dan het kopergeweld, maar als je tussen de bassen zit, voel je het binnen in je lijf mee-vibreren en naast de hobo’s zul je het gevoel hebben of je mee-ademt. Bij dit concert, dat we in Veghel, Tilburg en Eindhoven uitvoeren (respectievelijk op 11, 13 en 14 oktober 2023), vertelt een acteur verhalen over de muziek.”

“We willen deuren openzetten en stellen ons de vraag wat we daarvoor nodig hebben.” Foto > Hugo Thomassen

“We willen, dat zal duidelijk zijn, muziek op een andere manier laten ervaren. Wij reproduceren niet uitsluitend meer wat de componist heeft geschreven, maar willen muziek zo presenteren dat het publiek geluk ervaart. We willen deuren openzetten en stellen ons de vraag wat we daarvoor nodig hebben. Dat vereist een andere manier van programmeren, naast ons standaard symfonisch repertoire. Daarvoor heb je ook andere expertises nodig, bijvoorbeeld een meer dramaturgische aanpak.”

Wij reproduceren niet uitsluitend meer wat de componist heeft geschreven, maar willen muziek zo presenteren dat het publiek geluk ervaart.

“En ook van de musici wordt een andere houding verwacht. Niet meer uitsluitend uitvoerder, maar ook maker. Musici die nu bij ons komen, stellen we de vraag: Hoe denk je dat de wereld er in 2030 uitziet en wat jouw bijdrage daaraan kan zijn? Voor sommigen is dit een heerlijke uitdaging, anderen vragen zich af of ze daarmee niet te veel weggeven. Met het MCIM onderzoeken we hoe het vak van musicus er in de toekomst uit zal zien en wat dit betekent voor de conservatoria en de orkesten.”

Vivaldi’s Vier Jaargetijden naar 2050 vertaald

“Het jubileumjaar gebruiken we al om de hiervoor genoemde nieuwe ideeën in de praktijk te brengen, maar er zijn nog meer bijzondere projecten. In Heerlen presenteren we in het kader van het festival Cultura Nova ‘The (Uncertain) Four Seasons’. Een Australisch collectief heeft met Artificiële Intelligentie Vivaldi’s Vier Jaargetijden naar 2050 vertaald. Je hoort dus de klimaatverandering in de muziek. Bijvoorbeeld geen vogels meer. Helaas is de uitvoering nu slechts eenmalig, maar als het lukt, willen we zoiets vaker doen.”

Philharmonie zuidnederland in de ENCI-groeve in Maastricht. “Van de musici wordt een andere houding verwacht. Niet meer uitsluitend uitvoerder, maar ook maker”. Foto > Simon van Boxtel

“Ook heel bijzonder is ons jubileumconcert met Abel Selaocoe, een Zuid-Afrikaanse cellist die zingend en strijkend zijn Afrikaanse roots weet te verbinden met de klassieke muziek. Hij komt op 22 september zijn celloconcert uitvoeren in Eindhoven. Ten slotte vieren we op 8 november in ’s-Hertogenbosch de zeventigste verjaardag van de Brabantse componist Jo Sporck met de première van zijn tweede pianoconcert.”

www.philharmoniezuidnederland.nl

Meer publicaties over philharmonie zuidnederland op Brabant Cultureel

© Brabant Cultureel 2023

Reacties (1)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *