Opera Zuid bezorgt via een livestream Donizetti’s liefdesdrank aan huis

Opera Zuid plande voor deze periode een tournee met Donizetti’s populaire Liefdeselixer. Corona gooide roet in het eten, maar toch is ‘L’elisir d’amore’ vanaf 23 mei tot en met 23 augustus 2021 te horen en te zien. De belangstellende vindt een livestream op de site van Operavision.

door Camiel Hamans met repetitiefoto’s van Bjorn Frins

Kunstenaars die voor hun werk op theater of concertzaal aangewezen zijn, zijn wel de meest getroffenen van de coronapandemie. Een galerie of kleiner museum kan zich nog vermommen als winkel, zodat er toch iets van beeldende kunst te tonen valt. Voor toneel, cabaret, muziek en opera is het de dood in de pot.

Hier en daar probeert een inventieve regisseur iets via video en digitale verspreiding, maar dit vergt zo’n extra investering en andere aanpak dat deze mogelijkheid slechts voor gevestigde organisaties of in samenwerking met verschillende clubs weggelegd lijkt. Opera Zuid, de Nederlandse Reisopera en de Nationale Opera hebben daarom de handen ineengeslagen en presenteren via het Europese digitale operakanaal Operavision een livestream vanuit het repetitietheater van Opera Zuid in Maastricht Donizetti’s L’Elisir d’amore.

Enthousiasme

In het huistheatertje aan het Maastrichtse Malpertuisplein staat het stralende witte decor al klaar, een fors contrast met de wereld buiten. Binnen zonnige kleuren, buiten blijkt het winkelcentrum waaraan de voormalige kerk, nu repetitielokaal, staat de crisis niet doorstaan te hebben. Leegstand, treurnis en somberheid. Binnen spettert het. Marcos Darbyshere, de Vlaams-Argentijnse regisseur, heeft moeite om vanachter zijn mondkapje het enthousiasme van de jonge zangers in toom te houden. Zij zijn op één na allemaal afkomstig van het opleidingsinstituut van de Nationale Opera, de Nationale Opera Studio.

Bas-bariton Sam Carl met achter hem regisseur Marcos Darbyshire.

Tijdens een korte pauze vertelt Darbyshere dat hij samen met intendant Waut Koeken oorspronkelijk het plan opgevat had Wagners Liebesverbot op te voeren, een op Shakespeare’s Measure for measure gebaseerd stuk dat volstrekt onbekend is. Het verhaal gaat dat dit jeugdwerk van Wagner het nooit gered heeft omdat de echtgenoot van de prima diva en de tenor van de oorspronkelijke Magdeburgse cast voordat het doek voor de tweede uitvoering opging elkaar vanwege een liefdeskwestie zodanig achter de coulissen met de vuisten toegetakeld hadden dat de voorstelling afgelast werd en het stuk opgeborgen. Vorig jaar, tijdens de eerste coronaperikelen, werd al duidelijk dat Liebesverbot uitgesteld moest worden. Er zijn telkens zoveel mensen op het toneel vereist dat voor een afstand van steeds anderhalve meter een bühne met de omvang van een stadion nodig is. Dus moest er een ander werk gevonden worden.

Liefdesdrank

Van liefdesverbod tot liefdesdrank is taalkundig maar een kleine stap. Van Wagner naar Donizetti evenwel een volledige omschakeling. Van een onbekend werk, naar een theaterhit, van een Duits, zij het vroeg en komisch bedoeld Wagner-idioom, naar belcanto. En dan ook nog zo bewerkt dat het coronaproof zou zijn. Dat bleek mogelijk door de samenwerking met Amsterdam, want L’elisir is een prima stuk voor jonge zangers. De aankomende solisten van de Studio, die anders bijrollen gezongen zouden hebben, konden nu de dragende rollen op zich nemen. Maar vooral omdat Darbyshere en Koeken vanuit hun Antwerpse achtergrond Pedro Beriso kenden, repetitor bij de Vlaamse Opera en een begenadigd bewerker/arrangeur. Hij dorst het aan L’elisir d’amore terug te brengen tot een stuk voor vijf solisten en twaalf muzikanten, leden van de philharmonie zuidnederland.

Van links naar rechts: José Romero, Martin Mkhize, Julietta Aleksanyan en Bibi Ortjens.

Dirigent Enrico Delamboye, zoon van de befaamde Limburgse tenor Hubert en dus van huis uit een kenner van het werk, zag de bewerking zitten. Precies een juiste bezetting dus, dacht iedereen, voor een voorzichtige coronatournee. Tot de volgende theater-lockdown ook dit plan weer onmogelijk maakte. Gelukkig waren de solisten al benaderd, was het decor klaar en zou afgelasting nog meer verlies betekend hebben dan het inhuren van extra filmdeskundigheid. Dus wordt het in plaats van een tocht langs de Zuid-Nederlandse theaters een enkele gefilmde opvoering in Maastricht.

Dat vergde natuurlijk aanpassingen. Toneel kent een zogenaamde vierde wand, de denkbeeldige afscheiding tussen publiek en uitvoerenden. Bij film kun je met de camera driehonderdzestig graden om de zangers en de acties heen draaien. Dat vereist een andere aanpak, maar maakt het ook mogelijk om de anderhalve meter afstand die de zangers moeten blijven hanteren ter bescherming van zichzelf en de collega’s wat minder nadrukkelijk te maken. Maar ‘och’, zegt de Zuid-Afrikaanse bariton Martin Mkhize die de arrogante sergeant Belcore voor zijn rekening neemt ‘zal ik een geheim verklappen? Ik merk er weinig van. Ik ben zo bijziende dat het voor mij, als ik mijn bril niet op mag hebben, geen verschil maakt of ik nu voor publiek op de eerste rij zing of voor een camera op een meter afstand. Ik doe gewoon mijn best.’

Spons

Van de vijf zangers die nu de mogelijkheid geboden wordt ervaring op te doen, komen er vier van de Studio in Amsterdam. De vijfde is de Maastrichtse conservatoriumstudente Bibi Ortjens. Ze valt met haar neus in de boter. ‘Normaal zit ik in de zaal en nu sta ik ertussen. Ik voel me als een spons. Ik zuig alles op wat me aangeboden wordt. Mijn docent, Frans Kokkelmans, steunt me volledig en vindt het geen punt dat ik nu even minder tijd heb voor de studie. Het is een ‘life changing experience’ vindt hij en ik denk dat hij gelijk heeft’.

Julietta Aleksanyan en Martin Mkhize.

Julietta Aleksanyan, de Armeense blikvangster die de rol van de door ieder begeerde Adina met veel verve zingt, is het met Bibi eens. Ze had tijdens haar conservatoriumjaren graag een vergelijkbare kans gehad. Julietta vertelt dat zij weliswaar al wat ervaring had voordat ze voor haar verdere opleiding naar Nederland kwam. Zij had een contract bij de opera van Jerevan, de hoofdstad van haar vaderland. Maar om echt haar vleugels internationaal te kunnen uitslaan heeft ze de kans om zich in Amsterdam en Nederland verder te ontwikkelen met beide handen aangegrepen.

Geluksvogel

Sam Carl, bas-bariton uit Londen en al op de planken gestaan in Glyndebourne en New York, noemt zichzelf een geluksvogel. De meeste jonge zangers zitten nu thuis op de bank of hebben een baantje bij een bezorgdienst . Hij heeft in Amsterdam in een gefilmde Figaro kunnen meedoen, had een rol in de wereldpremière van Willem Jeths opera Rittrato, die het helaas niet verder gebracht heeft dan een bejubelde, gefilmde en uitgezonden generale repetitie, en nu Maastricht. ‘Een leuke, warme stad, een prima team en hoe dan ook een uitvoering.’

Sam Carl en Bibi Ortjens.

De vijfentwintigjarige, naar zangersmaatstaven piepjonge Argentijns-Amerikaanse tenor José Simerilla Romero speelt de lullige Nemorino die zich laat bedotten door een handige koopman met een niet werkende liefdesdrank. Hij heeft het immens naar zijn zin. Hij is weliswaar nog nooit zo lang van huis geweest en mist zijn moeder en zijn oudere broer, maar hij kan hier zingen. Indertijd is hij door Placido Domingo zelf gespot en in een opleidingstraject gezet. Met de ervaring die hij nu in Amsterdam en Maastricht opdoet, is hij ervan overtuigd voldoende basis gelegd te hebben om de belofte in te lossen die Domingo in hem gezien heeft.

Opera Zuid / Nederlandse Reisopera / Nationale Opera en Ballet: Donizetti, L’elisir d’amore. Doorlopend te zien van 23 mei (vanaf 20.00 uur) tot 23 augustus 2021 (eindigt om 12.00 uur).

Meer informatie op site Opera Zuid

De opnamen zijn te zien op de site Operavision

Foto boven dit artikel: Julietta Aleksanyan en Martin Mkhize. Foto > Bjorn Frins

© Brabant Cultureel 2021

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *