door Herman Coenen
STUDIO
Snoeren, plugs, uitslaande wijzers,
breed waaierende directietafel, de man
in het leren jek, blikje ‘Red Bull’ aan de mond,
schuift de knoppen, in zijn handen decennia bendjes,
trompettisten, contrabassen, zweet, rook, gloeiende ogen,
in zijn oren het feilloos oordeel.
Achter glas, tussen panelen en microfoons,
jij in je oude paarse vest, kapotte broek als thuis,
de gitaar koesterend aan je buik, linkerhand bij de hals,
de andere beneden, waar de wonderlijke stofwisseling
zich voltrekt, klanken boren minutieuze gaten, vibrerend
als sterren in het schemerduister plafond.
GANGELT
De bakstenen stadspoort
is er nog, ik herken de groene schaduw
waarin hij baadt, zoals alles hier
in schaduw was gedompeld
we fietsten erheen
op onze zomerexpeditie de grens over
diep in het huiveringwekkend
vijandelijk gebied
van de heldere wegen
met de enkele rijen boompjes kwam je
in een stille verlaten vallei
vol struiken en loof
het kleine zwembad
onder de open hemel was vredig en leeg
de cementen rand als de vatting
van een koele smaragd
die we zonder slag of stoot
in bezit namen, de paar schuchtere jongens
nieuwsgierig achter de balustrade
legden ons niets in de weg.
© Brabant Cultureel – april 2016