Een spoorloos verdwenen broer, een wetenschapper die zijn leven een eigen richting probeert te geven. Sandra Bernart maakt er in ‘Ik zag Menno’ aangenaam leeswerk van.
door Lindy Jense
Ongelijk hebben ze, al die ouders. Elke keer als ze zich zorgen maken omdat zoon of dochter te laat thuis is, niks van zich laat horen, de telefoon niet opneemt: laat maar zitten. Het noodlot slaat namelijk altijd toe wanneer je het niet verwacht. Als alles rustig lijkt en je met iets heel anders bezig bent.
Zo’n onverwachte tragedie vormt het hart van Ik zag Menno, de debuutroman van de Maarheezerse auteur Sandra Bernart (1973, Hamont, België). Het uitgangspunt van dit boek dat je bijblijft, is een doodnormale situatie: vader, moeder en twee puberzoons vieren vakantie in Spanje. Alles gaat gewoon z’n gangetje, totdat de oudste zoon op een middag zomaar niet meer terugkomt uit de zee. Alleen zijn surfplank wordt nog teruggevonden. Op klaarlichte dag wordt er een bom gegooid in het leven van Menno’s ouders en zijn broertje Vincent. Weg is de grote broer die Vincent zo bewondert, waar hij de kunst van probeert af te kijken en op wiens populariteit hij tot stikkens toe jaloers is. Menno verdwijnt zonder afscheid en Vincent raakt het lichtend baken in zijn leven kwijt. Hij zal nooit helemaal het gevoel hebben uit zijn schaduw te kunnen treden.
TROUWEN
Bernart laat haar boek zo’n vijftien jaar later beginnen. Ogenschijnlijk gaat het prima met Vincent: hij staat op het punt te trouwen en geeft aan een universiteit les als sociaal psycholoog. Zijn specialisme is de analyse van consumentengedrag: als je maar genoeg factoren meeweegt, maak je vanzelf de juiste keuzes op belangrijke gebieden als studie- en partnerkeuze. Vincent houdt van zekerheid. Het zal de lezer, die met regelmatige flashbacks wordt ingewijd in Vincents verleden en vooral in de gebeurtenissen tijdens die fatale vakantie, niet vreemd voorkomen.
De angstvallige beredeneerbaarheid van Vincents bestaan is ook toe te passen op het boek: de opbouw van Ik zag Menno is als een keurig ontworpen bouwwerk. Geen element wordt nodeloos ingevoegd, geen verzuchting blijft zonder passend antwoord. ‘Wat zou er gebeuren als ik mijn innerlijk kompas kon volgen?’ is bijvoorbeeld een vraag die spontaan bij Vincent opborrelt bij zijn eerste poging de herkomst van een reclamefoto te achterhalen. Hij meent daarop de doodgewaande Menno vrolijk op een terrasje te zien zitten. Nodeloos te zeggen dat datzelfde kompas hem niet veel later naar onvermoede avonturen zal voeren.
Zijn aanstaande huwelijkse staat (en welke man staat nou niet onder druk als hij gaat trouwen?) maakt bij Vincent een crisis los. Hij besluit uit te zoeken of Menno nog leeft en zo ja, of dat in een Spaanse badplaats is. Eenmaal in Spanje, stapt hij letterlijk en figuurlijk een nieuwe wereld in. Hij laat zijn zoektocht naar Menno de leidraad zijn in een steeds stuurlozer bestaan. De eens zo rationele wetenschapper geeft zijn kinderlijke behoefte aan troost en bevestiging de vrije hand. Hij volgt sporen en dwaalsporen, is bereid zich over te geven aan schimmige figuren die beweren iets van Menno te weten en zoekt warmte in de armen van een nogal ontregelde Spaanse.
FLAPTEKST
De flaptekst van het boek meldt dat Vincent in Spanje het leven gaat leiden dat zijn o zo bewonderde en populaire broer zou hebben geleid. Dat is echter niet helemaal het geval; Vincent heeft dat wreed afgebroken leven namelijk al eens eerder naar zich toe proberen te trekken. Hoe hij dat heeft gedaan, ga ik hier niet opschrijven (want dan verklap ik echt te veel), maar het is een mooie vondst van Bernart.
Ze schrijft vlot, in tamelijk korte zinnen die zich meestal in het hier en nu afspelen. Dat de hoofdrolspeler nogal op zichzelf is gefixeerd, draagt eraan bij dat de overige karakters, zoals zijn verloofde Kim en zijn ouders, tamelijk schetsmatige bijfiguren blijven. De verhaaltrant, dicht op de huid van de hoofdrolspeler die steeds verder in de war raakt in een moordmysterie zonder lijk, kan de geoefende Nicci French-lezer bekend voorkomen. En dat is zonder voorbehoud als compliment bedoeld; Bernart’s boek is een prima toevoeging aan de reisbagage.
Sandra Bernart – Ik zag Menno.
Uitgeverij Palmslag, 17,95 euro.
ISBN 9789491773372
© Brabant Cultureel – februari 2016