door JACE van de Ven
Bij een katholiek opgevoed wezen als ikzelf kan het je op latere leeftijd wel eens gebeuren: er schemert iets door uit die tijd van toen. Afgelopen Pinksteren gebeurde dat heel letterlijk. Plotseling gloeide er een vlammetje boven mijn hoofd, geen gewoon lichtje, maar een vurige tong. Hij flakkerde vrolijk op en ik voelde dat ik weer moest gaan praten in columns. Enige tijd heb ik dat niet gedaan, omdat ik niet langer de betweter, de stuurman aan de wal wilde uithangen.
Daar komt bij, dat ik het idee had dat wat ik schreef toch niet serieus genomen werd. Je kunt schrijven dat Brabant alleen Europese Hoofdstad kan worden als het zich niet presenteert met blabla die moet aantonen dat we hier toch wel erg thuis zijn in de wereld van nu, omdat dat meer van hetzelfde is van wat ze overal al doen. Maar een volgende keer zal ons provinciebestuur toch weer dezelfde snelle jongens optrommelen om zich te promoten, ook al werd Leeuwarden gekozen omdat men dacht dat die plaats nog een ietsepietsie echtheid en eigenheid bewaard heeft. En omdat er een Friezin in de keuzecommissie zat, dat ook natuurlijk.
En hoe vaak moet je er nog op wijzen dat het bkkc een instelling is die ten opzichte van de creatieve kunst veel te sturend is en er met het geld vandoor gaat dat voor de creatieve kunsten beschikbaar zou moeten zijn? Ik blijf zeggen dat die instelling niet meer is dan een alibi voor provinciebestuurders die niet weten wat ze met onze kunst en cultuur aanmoeten. Nog nooit is betekenisvolle kunst ontsproten aan een instelling.
En zo zijn er nog wel enige stokpaardjes die ik graag berijd in mijn columns. Maar het leverde steevast hooguit een meewarig lachje op in de bestuurderswereld. Dat is een wereld boven de gewone wereld, een wereld die bevolkt wordt door figuren die het heel normaal vinden dat zij de beslissingen nemen, ook over situaties die ze niet kennen. Landelijk wordt die bovenwereld opgekweekt in Leiden, provinciaal bestaat zij uit vaak niet opgekweekte figuren die eigenlijk graag in Leiden opgekweekt hadden willen zijn. Net zoals velen van Omroep Brabant eigenlijk in Hilversum zouden willen werken en leden van onze Provinciale Staten eigenlijk in de Tweede Kamer zouden willen zitten.
Je gaat dat niet veranderen, hoe hard je ook vloekt. Daarom viel ik stil als columnist. Maar met Pinksteren flakkerde dus plotseling een vurige tong boven mijn kanus en godsakkerde ik er plotseling weer vrolijk op los. En ik stelde mij voor dat er een duif uit de hemel neerdaalde en een flinke fledder scheet in de niet ophoudende muilen van de prietpraters die weten welke meningen op het moment van uitstoten in zwang zijn. En ik dacht: Wat die duif uit de hemel kan, ga ik ook proberen. Ik stel me ergens hoog boven de partijen op en gooi stront naar beneden waar ik denk dat ie nodig is, echte MEST die de Roundup overspoelt en het onkruid in de cultuur weer laat groeien.
Illustratie boven: Evangelische Omroep
© Brabant Cultureel 2018