Column door JACE van de Ven •
“Was hij een oorlogsheld of een ongeleid projectiel? Een liefdevolle echtgenoot of notoire vreemdganger? Liberaal of conservatief? Het antwoord: hij was het allemaal!” Dat schrijft Stichting Muziektheater Tilburg op haar site over de productie ‘Hier adem ik vrij’. Die productie, een musical over het leven van Koning Willem II, zit dan ook erg vol met gebeurtenissen, thema’s en personen. Tot ongeveer halverwege vraagt de kijker zich af waar dat allemaal naartoe moet, maar gaandeweg vinden de makers voor verreweg de meeste puzzelstukjes de juiste plek.
In het toneelbeeld van Simon Haen kijkt de oude koning Willem II letterlijk neer op zijn leven. Onder hem krioelen de mensen die hij tijdens zijn levensloop ontmoette door elkaar. Ook hijzelf is daar één van en hij is nog met die vroegere ik verbonden: als de jonge Willem klappen krijgt, voelt de oude nog de pijn. Die pijn is meestal niet fysiek. Het zit de koning vooral dwars dat hij de belofte die hij eens zei te zijn, niet heeft kunnen waarmaken in zijn leven. Daarvoor bezat hij een te onstandvastig karakter, handelde hij vaak te impulsief en was hij in de tijd waarin hij leefde (1792-1849) ten gevolge van zijn biseksualiteit te chantabel.
De zelfverwijten die hij zich daarover maakt, worden hem zoveel mogelijk uit het hoofd gepraat door zijn vrouw Anna Paulowna. Ondanks alles wat er in hun relatie is voorgevallen, blijft zij honderd procent achter Willem staan en probeert zij zoveel mogelijk degenen die hem aanvallen te pareren. Dat is historisch niet helemaal juist, want tot de dood van hun zoon Alexander – ongeveer een jaar voor Willems dood – leefden zij behoorlijk langs elkaar heen en ook het feminisme dat Anna in het stuk wordt toegedicht, bestond niet echt. Als zij zich minstens als gelijkwaardig of hoogstaander beschouwde dan de meeste mannen die zij in haar leven ontmoette, kwam dat voort uit de overtuiging dat God de hoge adel ver boven de gewone man had gesteld.
Zo zijn er wel meer kleinigheden in het stuk die niet kloppen. Anna sprak bijvoorbeeld geen Nederlands, was altijd omgeven door een Russische hofhouding en was zeker niet het type koningin dat dicht bij het volk staat. Maar wat doet dat ertoe. Een toneelwerkelijkheid is nou eenmaal een andere werkelijkheid. We kijken niet naar een documentaire. De makers van een theaterstuk zoeken confrontaties die functioneel zijn om de thema’s die zij in een verhaal willen benadrukken naar voren te brengen en schrijver en regisseur Boy Jonkergouw beschrijft volgens de site van de Stichting Muziektheater ‘het levensverhaal van koning Willem II door de ogen van zijn geliefde Anna Paulowna’. Dus verder geen geneuzel over historisch juist of onjuist, ieder mens heeft zijn eigen waarheid en de marge rond de waarheid is nog eens extra groot als de mens waarover het gaat een toneelpersonage is. Soit!
Van het begin af aan is ‘Hier adem ik vrij’ een wervelende show. Het begint onmiddellijk met dreigende beelden die later blijken te passen in een ook dankzij de kostuums van Jeroen Willemse muzikaal en choreografisch sterke scène over de Belgische Opstand in 1830 die Willem II, toen nog kroonprins, had gedacht te kunnen bezweren. Dat hij zichzelf daar overschatte, moet een ingrijpende gebeurtenis in zijn leven zijn geweest. Ook de moeilijke verhouding met zijn vader was dat. Stilletjes had hij gehoopt dat het Congres van Wenen in 1814-1815 hem zou voorstellen als koning van het nieuwe Verenigd Koninkrijk der Nederlanden en dat men zijn vader zou overslaan, maar Willem werd gewoon kroonprins en dat ook nog eens onder een vader die nauwelijks twintig jaar ouder was dan hij. De kroonprins was een romanticus, de koning een saaie zakenman. Alleen al van de botsing tussen die twee zou je een avondvullend theaterstuk kunnen maken.
Maar, zoals gezegd, ‘Hier adem ik vrij’ kiest niet voor een enkel thema. Het leven van Willem II vliegt caleidoscopisch aan hem voorbij als een koortsdroom. “De koning ijlt”, wordt ergens geroepen. De makers hebben het stuk dan ook grote vaart meegegeven. Situaties en personen kunnen vaak niet meer dan worden aangestipt en getypeerd, want er staan al weer andere situaties en personen te wachten. De regie voert hen op in sterke beelden, de theatrale frappes zijn niet van de lucht. En rond alle koninklijke figuren en intriganten duikt hier en daar het volk op dat als in een reizang de zaken becommentarieert. Alles past gaandeweg steeds soepeler ineen en dan gaat het stuk langs snelle, muzikaal sterke scènes op weg naar een zinderend einde. Ondanks het nagenoeg ontbreken van de gebruikelijke danselementen is ‘Hier adem ik vrij’ een musical. Teveel zwaarwichtigheid was ook niet passend geweest.
Dus alle lof voor schrijver en regisseur Boy Jonkergouw. Naast hem moet onmiddellijk componist en dirigent Ron Antens genoemd worden. Bewees hij enkele jaren geleden in dezelfde Schouwburg Tilburg met de musical over Marietje Kessels al eens dat hij een theatercomponist van klasse is, nu bevestigt hij dat. Wat mij betreft wordt de titelsong uit ‘Hier adem ik vrij’ het nieuwe volkslied van Tilburg, het huidige ‘Ik zie oe daor zò gère ligge’ raakt weliswaar nog steeds een chauvinistische snaar, maar gaat er voor de eenentwintigste-eeuwer te nadrukkelijk vanuit dat katholieke kerken en fabrikanten de baas zijn in Tilburg. Hopelijk is dat niet meer zo, maar je weet maar nooit.
Ware ik een muziekkenner die met argumenten die er toe doen de muziek van Antens zou kunnen duiden, ik zou enkele alinea’s inruimen. Nu laat ik het bij de opmerking dat zijn noten rechtstreek bij mij binnenkomen, zij zijn mede de hartenklop van het stuk. Daar mag ik ook de uitvoerenden – zonder hen met name te noemen – voor danken. Want hoewel verschillende van hen amateurs zijn, wordt er qua dictie en helderheid prima gezongen en klinkt het begeleidend ensemble harmonisch en pittig. Het legt een muzikale basis waarop gebouwd kan worden. Daarbij kent het stuk zeker een vijftal liederen die de moeite waard zijn om los van de musical zelfstandig uitgevoerd te worden. Michelle van Daalhoff (tekst) en Ingrid van den Nieuwenhuizen (vocal coach) leverden daar ook hun bijdrage aan.
Als inwoner van Tilburg ben ik blij om op een Brabantse site volkomen terecht een lans te breken voor een musical die Tilburgs is qua makers en qua inhoud. Wat er is te zien en te horen, overstijgt het plaatselijke. Ook een Bosschenaar, een inwoner van Breda of van elders zou ervan kunnen genieten. Vandaar lezer, doe er uw voordeel mee. Het stuk is nog te zien op zaterdag 19 april om 14.30 en 20.15 uur in Schouwburg Tilburg.
© Brabant Cultureel 2024
Wat een geweldige show en dan die solo’s super gewoon wij hebben genoten
Dankjewel! Ik zal het doorgeven aan de stichting!!
Groetjes
‘Mimi’