Debat over een exploderende kubus van 100 jaar oud

door JACE van de Ven

Mijn woonplaats Tilburg heeft iets met De Stijl en Dada. Tilburgers verkondigen graag dat het ei waar De Stijl in 1917 uit te voorschijn kwam al in 1914 in Tilburg werd gelegd. Theo van Doesburg was daar op dat moment als soldaat gelegerd en ontmoette er geestverwanten als de Tilburgse spoorwegbeambte en dichter Antony Kok. Zij organiseerden ‘soirees intimes’ waarin Van Doesburgs revolutionaire ideeën over kunst al aan bod kwamen, alles moest anders.

Het komt een historisch kunstarme stad goed uit om daar goeie sier mee te maken, en helemaal ongelijk hebben ze niet. Daarom is het best passend dat langs het spoor bij het Centraal Station een paar jaar geleden in ledletters over bijna tachtig meter lengte een aforisme van Antony Kok werd onthuld: DE WERELD VAN HEDEN RAAST DOOR IN DADA’S VOETSPOOR. Een regel waar je in mijn ogen iets mee kunt en hij lijkt me meer terecht in Tilburg aanwezig dan het aan Vincent van Gogh gewijde Vincents Tekenlokaal. Niets wijst er immers op dat Van Gogh toen hij als puber in Tilburg op de HBS zat, zich al met tekenen bezighield. Maar dat terzijde.

Het aforisme gezien vanaf de Spoorlaan, bij de onderdoorgang naar de Burgemeester Broxlaan. Foto > Ernest Potters

Het De Stijl-avant-la-lettre-verleden van Tilburg leidt momenteel tot de door Stichting De NWE Stijl Tilburg, Luycks Gallery en de Delftse Stichting Maison d’Artiste Prototype georganiseerde manifestatie Dada Dendert Door. Die werd vorige weekend geopend met de tentoonstelling ‘Maison d’Artiste 100 jaar’ in Luycks Gallery – en is daar nog tot en met zondag 19 november 2023 te zien – en met een dadaïstische ‘matinee intime’ in de LocHal waarbij Dada niet alleen werd herdacht maar ook naar onze tijd werd doorgetrokken door kunstenaars van nu.

Antony Kok achter de piano in zijn woning aan de Enschotsestraat 13 in Tilburg. Beeld > Archief Van Kempen

Creatief onderdeel van die bijeenkomst was ook dat men leerlingen uit het voortgezet onderwijs heeft laten reageren op het aforisme van Antony Kok. Dat leverde enkele aardige resultaten op, waaronder eentje over een fenomeen dat elk mens iedere dag om zich heen ziet: In de palm van je hand verspreidt de wereld zich. Het Dada van onze tijd, dunkt me.

In de palm van je hand verspreidt de wereld zich.

Aanleiding tot dit alles is dat het Maison d’Artiste honderd jaar geleden voor het eerst werd tentoongesteld in galerie L’Effort Moderne in Parijs. Het is een huis als een kubus die van alle kanten uit elkaar getrokken is, ontworpen door cultureel agitator Theo van Doesburg en architect Cor van Eesteren. Het Maison is woensdag 15 november vanaf 19.30 uur ook onderwerp van een debat in de Tilburgse LocHal. Verwijzend naar de begin vorige eeuw door Van Doesburg in Tilburg georganiseerde kunstbijeenkomsten heet de avond een ‘soiree intime’ met als thematische titel ‘Tussen droom en daad…’. Debattanten zijn emeritus hoogleraar TU Delft Mick Eekhout en mathematisch duivelskunstenaar John Körmeling. Gespreksleider is voormalig burgemeester van Gilze en Rijen, Jan Boelhouwer.

Cornelis van Eesteren (l) en Theo van Doesburg in Van Doesburgs atelier in rue du Moulin Vert, werkend aan de maquette van het Hôtel Particulier, dat zij voor Léonce Rosenberg ontwierpen, 1923. Foto > Wikipedia Commons
‘Contra-constructie’ van Theo van Doesburg (1923) voor Maison d’Artiste. De kleurconstructie voor het ontwerp, of contra-constructie, is af te leiden uit de tekeningen en gouache die Van Doesburg als zwevende vlakken in primaire kleuren aanbrengt.

‘Tussen droom en daad…’ lijkt als titel gekozen omdat het gaat over de vraag of het Maison d’Artiste gebouwd zou kunnen worden of niet. Want het schaalmodel van een futuristische woning – een op vijftig – dat destijds onderdeel was van een architectuurexpositie van leden van De Stijl is nooit gerealiseerd. Het werd onmiddellijk bestempeld als onbouwbaar, een mythe. De maquette ging al snel door waterschade verloren en daar resteert slechts een zestal zwart-wit foto’s van. Desondanks is dit model tot op de dag van vandaag de architectonische gemoederen blijven beroeren en heeft het ongetwijfeld zijn invloed op de moderne architectuur gehad.

Originele beelden van het Maison d’Artiste, linksboven en met de klok mee: bovenaanzicht, onderaanzicht en zijaanzicht. Bron > website RKD

Wie een helder beeld van het maison wil krijgen, doet er goed aan Galerie Luycks te bezoeken. Daar wordt in een negental afbeeldingen en teksten het ontwerp en de discussie over het Maison van 1923 tot nu uit de doeken gedaan. Ingrid Luycks: “Het ontwerp was voor de jonge architect Van Eesteren bouwkundig en constructief een onwaarschijnlijke uitdaging. Het Maison was een totaalmodel, ‘een exploderende kubus’, bestaande uit een haakse stapeling van uitkragende verdiepingen, terwijl de buitenwanden nergens direct door de onderstaande wanden, maar door vloeren geschraagd werden. Een willekeurige stapeling dus. De ruimtelijkheid van die springende buitenvorm is indrukwekkend. Zo ontstond een bouwvolume met een groot zwevend karakter dat lak lijkt te hebben aan de wetten der zwaartekracht. Vloeren kragen uit, ruimten hangen of staan haaks boven elkaar geschoven, horizontale luifels verhogen het zwevende effect. Door de gewaagde, onconventionele aanpak is het Maison d’Artiste tegelijkertijd te zien als een dadaïstisch fenomeen.”

Schaalmodel van Maison d’Artiste, vervaardigd door Eekhout en studenten van de TU Delft.

De expositie in Luycks Gallery werd geopend door Mick Eekhout, emeritus-hoogleraar TU Delft, die zich samen met zijn studenten jaren met het Maison heeft beziggehouden. Hij vindt de eventuele bouw ervan onwaarschijnlijk lijkend, maar wel uitdagend en op moderne hightech manier mogelijk. Afgezien van de vraag of je het moet doen, mede omdat de bouwkunst, mede gebaseerd op het ontwerp van Van Doesburg en Van Eesteren, zich al een eeuw heeft doorontwikkeld.

Mick Eekhout opent de expositie in Luycks Gallery. Foto’s > Luycks Gallery

Kunstenaar en architect John Körmeling, onder meer bekend van het Nederlandse paviljoen op de wereldexpo in Shanghai in 2010, Happy Street, en die in Tilburg het tongen losmakende ‘Draaiend Huis’ op een rotonde neerzette en er ook de kanaalbrug ‘D’n Ophef’ realiseerde, is de opponent van Mick Eekhout tijdens de discussie op 15 november. Tijdens de opening van de expositie in Luycks Gallery heb ik hem niet gesproken. Hij was toen constant bezig zijn draadstalen model van Het Maison aan gasten uit te leggen. Hij heeft zich verdiept in de logische gedachte achter het ontwerp van Van Doesburg en Van Eesteren en schijnt de mening toegedaan dat het originele Maison onmiddellijk bouwbaar is. Trouwens, wat de mening van Körmeling ook moge zijn, zijn begeesterde bijdragen aan discussies over kunst en architectuur zijn altijd aansprekend. Dus op naar de LocHal in Tilburg, ook al omdat dat gebouw zelf ook een architectonisch hoogstandje is.

John Körmeling (m) geeft gasten uitleg.

Cor van Eesteren overleed in 1988 en zijn erven, die dus nog de rechthebbenden over zijn artistieke nalatenschap zijn, schijnen zich overigens tot nu toe verzet te hebben tegen de bouw van Het Maison als daar technische of conceptuele aanpassingen van het origineel voor nodig zijn.

Correctie 6 november 2023: In een eerdere versie is Anthony Kok aangeduid als stationschef. Hij was spoorwegbeambte, dat is aangepast. De letters van het aforisme zijn uitgevoerd in ledverlichting.

destijltilburg.nl

100jaarmaisondartiste.nl

luycksgallery.com

© Brabant Cultureel 2023

Lees hier de vorige column van Jace van de Ven over de dood van poppenspeler Jozef van den Berg

Reacties (1)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *