Gedichten uit de serie ‘driemaal het schorre roepen van de haan, brak de haan’

door Huub van Esch

Akte

Ik ben iemand
  met directe woorden,
met verstoorde
            feiten, met pertinente vragen.

Mij zul je niet
  horen stamelen
            om de juiste
  begrippen naar voren te halen

zodat ze
  door de onbepaaldheid
  der dingen
  kunnen worden ingehaald.

  Ik ben bepaald
  niet van het zachte soort
of de breekbare
  beglazing.

Ik ventileer
  kennis
door cognitieve belemmeringen
  op te heffen
  met het ongeziene.

            Ieder beeld
  dat ik opzoek
moet ik weer
  kwijtraken.

Iets is
  veel vaker
  onwaar,
  dan dat het
  waar is aan mij.

  Ik wuif weg wat ik vergat.
Ik wis
  een geschiedenis
  uit, met wat ik
  niet heb gedaan.

Vergankelijk

Ik zit, ik rook
  en ik verouder.
  Ik verbruik mijn energie
aan zo min mogelijk actie,

weinig woorden
  en gedachten
die zo klein als ze zijn
de dagen voorzien
  van significantie
  en utiliteit.

Nooit vermijd ik het oog
  dat in het oog
de wanhoop der dingen
verbetert naar een verlangen
  dat zelden niet
  te koop loopt

met haar streven
  naar vrijheid
  en de uiteindelijke
  zege op de donkere nacht
  waarmee ik de tijd
  verdreef

  op de momenten
  dat het leven mij
in de steek liet
  met bewegingloosheid
  en de ijzingwekkende
  eenzaamheid

van het slag
  dat je verwacht
op het moment
  dat de mens de dood
  zonder angst of omweg
  in de ogen kijkt.

Object

Wij zien wat wij willen zien,
maar zelden zien wij dát
  wij zien.
Wij wanen de wil in onze waarneming,
  maar de droom bedriegt ons.

  Hoewel wij alle begrippen
kunnen denken

is het veel waarschijnlijker
dat wat wij denken
níet waar is,
  dan dat het wel waar is
wat wij denken.

Wij kunnen de geest oefenen
  en trainen totdat wij
een ons wegen
en dan nog vergissen wij
ons

wanneer de dubbele tong
het verleden
als een ding
  zijn herinnering
ontneemt.

Ook de gebaren zeggen
niets.

  Wanneer ik ‘hun’ zeg
over ‘de anderen’,
  maak ik van de ander
een ander.

Iemand die ik
  niet ben.

Wanneer ik ‘wij’ zeg,
vloek ik.

Huub van Esch (Haaren 1970) werkt in deeltijd als productiemedewerker. De meeste tijd besteedt hij aan het schrijven van gedichten. Hij publiceerde behalve in Brabant Cultureel eerder ook in ‘Schoon schip’, in de verzamelbundel ‘Echte inkt’ van uitgeverij Opwenteling en in enkele verzamelbundeltjes samengesteld uit wedstrijden van uitgeverij Kontrast.

Animatie > Hans Lodewijkx

© Brabant Cultureel 2021

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *