Begin september 2018 verscheen het tweede nummer van KONT, een eigenzinnig
magazine dat één keer per jaar uitkomt. Was het eerste nummer intiem van karakter, voor het tweede nummer koos hoofdredacteur Griet Menschaert bewust voor een andere uitstraling. Zij wilde een ‘techno’ nummer maken, waarin haar voorliefde voor ‘expressie, wildheid, de collectieve trance en de pulserende beat tot uiting zou komen’.
door Irma van Bommel
Griet Menschaert is initiatiefnemer en gangmaker van KONT. Als verantwoording waarom zij dit tijdschrift maakt, schrijft ze in de inleiding het volgende: ‘ik ben een kunstenaar, dit is mijn kunst. Het is alleen zo dat ik niet perse geloof in de individuele expressie. Ik heb altijd gevonden dat wat ik maakte een optelsom was van omgevingsfactoren, van de energie die de wereld om mij heen beweegt, van wat ik van het andere en van de ander opvang en interpreteer. De ander is alsmaar belangrijker geworden in wat ik doe als kunstenaar. KONT is een initiatief waarbij ik dat idee vrij extreem doortrek: het is een platform voor de ander.’
Ook dit is weer een nummer geworden met een neerslag van uiteenlopende projecten. KONT is geen vluchtig medium, maar een magazine dat met aandacht bekeken en gelezen dient te worden.
Menschaert brengt kunstenaars uit verschillende disciplines met elkaar in contact en geeft ze een opdracht mee. De uitkomst is ongewis, een verrassing. Dat ook een samenwerking die niet wil vlotten toch een interessant resultaat kan opleveren, zien we bij kunstenaar en decorbouwer Wessel Verrijt, fotograaf Tommy Köhlbrugge en breakdancer Ranil van Peperstraten. Verrijt doet eerlijk verslag van 2 hanen op 1 erf die de breakdancer allerlei kunstjes laten doen. Het uiteindelijke resultaat is een serie foto’s, beginnend met probeersels en eindigend met een geslaagde performance van een zwevende man. De vraag is ‘hoe doet-ie het?’, maar dat wordt nu weer niet verteld. De act of truc blijft een mysterie en daarmee is het project zeer geslaagd.
Schrikken
Zoals gezegd is KONT een eigenzinnig tijdschrift waarin niets te gek is. Zo is een aantal afscheidsbrieven opgenomen van mensen die een eind aan hun leven willen maken. Eén van die brieven is van de hoofdredacteur. Dat is schrikken. Het zal toch niet… Maar nee, het blijkt te gaan om teksten die zijn geschreven tijdens een workshop. Nanne op ’t Ende en Mara Varelaki werkten aan een mail art project, waarbij de één een foto levert en de ander daar met tekst op reageert. De eerste foto toont een beeldengroep uit de Griekse oudheid van Aphrodite met Eros en Pan. Op de achterkant staat geschreven: #metoo #timeisup (time is up). Komisch. De rest van het mail art project komt helaas niet helemaal uit de verf vanwege het grotendeels onleesbare handschrift.
De snorren van Enzo Diga is een verhaal over het leven en werk van de Italiaanse filmmaker Enzo Diga. Volkomen gefingeerd weliswaar, maar compleet met filmposters. De tekst is van Luckie Delacroix, de filmposters zijn van Vincent Dams van wie ook het idee kwam. Dat hadden we kunnen weten, want de naam Enzo Diga dook al in 2009 op in een toespraak van Ad van Rosmalen bij de opening van een expositie van Dams. Daar werd een link gelegd tussen beide namen. Enzo Diga is, met een beetje fantasie, Italiaans voor Vincent Dams.
Verademing
In de meeste projecten moet je je flink verdiepen voordat duidelijk wordt waar het over gaat. Maar is het ook niet juist de taak van kunst om mensen aan het denken te zetten? Toch is het een verademing dat er ook een paar projecten in het tijdschrift zijn opgenomen die in één oogopslag helder zijn. Zoals het beeldverslag van fotografe Carla Vermeltfoort die naar Friesland afreisde in het kader van Leeuwarden Culturele Hoofdstad 2018. Of het project Weeskunst van Michel van Weegberg die met een analoge camera een serie geënsceneerde foto’s maakte van objecten die hij vond bij Stichting Onterfd Erfgoed. Weegberg maakte een keuze uit de Historische Collectie van het Nederlands Rode Kruis en van het Nationaal Onderwijsmuseum. Eveneens helder is een project van Erna van den Broek. Zij ontwierp nieuwe patronen aan de hand van achttiende- een negentiende-eeuwse centsprenten uit de collectie van Museum ’t Oude Slot in Veldhoven.
KONT02 is een aanrader voor iedereen die graag verrast wordt met eigenzinnige producties. Het blad is op ludieke wijze gelardeerd met illustraties van Ylja Band. Van alle medewerkers van dit nummer maakte zij collages van portretten, waarvoor ze heel wat knip en plakwerk verrichtte. En terwijl zij de portretten van anderen meedogenloos vervormde, maakte ze van zichzelf een herkenbaar portret. Wie benieuwd is hoe de makers er in werkelijkheid uitzien, kan achterin kijken naar de serie selfies van Donghwan Kam. Hij ging met alle groepjes en
solisten op de foto.
Prettige bijkomstigheid bij de uitgave van het tweede nummer is dat het anders is gebonden waardoor het blad geopend kan blijven liggen. De grafische vormgeving was in handen van Nearest Neighbour. Griet Menschaert werd bijgestaan door mede-redactieleden. Dat waren Wessel Verrijt, die daarnaast aan het project 2 hanen op 1 erf meewerkte, en social designer Annegret Bönemann, die vorig jaar een van de verhalen leverde en dit jaar samen met percussionist Dominique Vleeshouwers het project Read the beat uitvoerde, een poging om muziek om te zetten naar taal. Maar moet je muziek niet gewoon horen? De vraag werpt zich daarom op of KONT kleinschalig moet blijven in de vorm van een tijdschrift, of dat het groter moet worden, met exposities en multidisciplinaire optredens.
Helemaal boven: Foto’s van Carla Vermeltfoort genomen in Friesland
in het kader van Culturele Hoofdstad Leeuwarden.
KONT02. Eindhoven: Stichting Opia 55, 2018, 192 pp.,
ISBN 978-90-828834-0-4, pb., € 15,00.
Lees over ook: Kont een nieuw experimenteel en traag tijdschrift over kunst in Eindhoven
© Brabant Cultureel 2018