De Bond Heemschut vindt dat het rijk meer haast moet maken met het aanwijzen van monumenten uit de periode van de wederopbouw. In Noord-Brabant hebben recent twee complexen de status van rijksmonument gekregen, het Evoluon (1962-1966) in Eindhoven en de woning van architect Jan de Jong in Schaijk (1967-1968).
Maar er staan nog zeven objecten in de wachtrij. Het gaat om vier bouwwerken die te maken hebben met de Waterlinie in Woudrichem, zoals een sluis. Het Sint-Janslyceum in ’s-Hertogenbosch, een sportcentrum in Breda en de zogeheten W-hal op het terrein van de Technische Universiteit in Eindhoven. Deze objecten staan in het ‘Beschermingsprogramma wederopbouw 1959-1965’ dat de minister van OCW in 2013 heeft goedgekeurd. Deze lijst bevat nieuw aan te wijzen rijksmonumenten in Nederland met de negentig meest waardevolle en kenmerkende bouwwerken uit de genoemde wederopbouwperiode.
Deze zeven objecten in Noord-Brabant hebben nu nog de status ‘voorbeschermd’, maar Heemschut vindt dat die veel sneller dan nu gebeurt omgezet moet worden naar officieel monument. De bond wijst erop dat ze het Evoluon – de ‘vliegende schotel’ – in Eindhoven al in 2007 een icoon van de wederopbouw heeft genoemd en dat het meer dan tien jaar heeft geduurd voordat de monumentenstatus een feit was.
Dat een bouwwerk tot rijksmonument wordt aangewezen, is niet alleen een blijk van waardering, maar ook een bescherming tegen aantasting of sloop. Zo dreigde in 2008 de sloop van de W-hal (gebouwd in 1959 voor de faculteit Werktuigbouwkunde) op het terrein van de Eindhovense universiteit. Na protest vanuit onder meer de architectenwereld, haalde het bestuur een streep door het plan. Dat was te danken aan de bereidwilligheid van het universiteitsbestuur, want het complex had op dat moment geen monumentenstatus.
Andere opvallende jonge complexen die al eerder de status van rijksmonument kregen zijn o.a. het NS-station, de stadsschouwburg en de aula van de universiteit in Tilburg. Het voormalige hoofdkantoor van Philips en het Van Maerlantlyceum in Eindhoven en de Kerk van de Heilige Kruisvinding in Odiliapeel (van architect Jan de Jong).
Industrieel
In Nederland wordt de term wederopbouw gebruikt voor architectuur en woonuitbreidingen na de Tweede Wereldoorlog tot 1965. Kenmerkend voor deze tijd is onder meer het experimenteren met een industriële aanpak van het bouwen. Volgens Heemschut is er, buiten het programma van het rijk, nog een reeks panden in Noord-Brabant die bescherming verdienen:
Baarle-Nassau: Raadhuis 1952-1953
Best: H. Liduinakerk 1963-1965
Budel-Dorplein: St. Jozefkerk 1950-1952
Breda: Sportcentrum 1960-1967
Dussen: OLV Geboortekerk 1953-1954
Eindhoven: DAF fabrieken 1948-1955; Brandweerkazerne 1950-1952; hoofdgebouw TH-Eindhoven 1956-1963; H. Michaelkerk 1959
Etten-Leur: Tomadofabriek 1954
Heusden: Raadhuis 1950-1956; H. Catharinakerk 1948-1950 / 1961-1962
’s-Hertogenbosch: Verkadefabriek 1950; H. Hartenkerk 1950-1952 ; H. Lucaskerk 1961-1963
Hilvarenbeek: Raadhuis 1950
Oss: Israëlitische Joodse gemeente 1959
Ossendrecht: Koningin Wilhelminakazerne: 1952-1953
Rijen: Raadhuis 1961
Steenbergen: Watertoren 1950
(en)
Woonhuis architect Jan de Jong