Documentairemaker Daan Jongbloed volgde jarenlang het dagelijks leven van de alleenstaande boer Peer Smulders uit Maliskamp bij Rosmalen. Dat resulteerde in een prachtige, veertig minuten durende film die volle zalen trekt. Een film die de kijker dicht bij deze ene mens brengt die nooit de aandacht heeft gezocht die hij nu toch krijgt.
door Joep Eijkens
Je komt ze nauwelijks of niet meer tegen, van die vervallen, schijnbaar leegstaande boerderijen waar nog in zijn eentje een oude boer woont. Vaak zijn het boeren die hun ouders overleefd hebben en altijd vrijgezel zijn gebleven. Peer Smulders uit Maliskamp bij Rosmalen was zo’n boer. Documentairemaker Daan Jongbloed (’s-Hertogenbosch 1984) wist het vertrouwen van Smulders te winnen en maakte een documentaire over hem, getiteld Boer Peer. Een prachtige documentaire die wat mij betreft wel langer had mogen zijn. Sinds zijn première in september op het Nederlands Film Festival trekt de film volle zalen, en niet alleen in Noord-Brabant.
De veertig minuten durende film opent schitterend met een stil sneeuwlandschap met links een schilderachtig in elkaar gezakte schuur en rechts een voorover gebogen oude boer die moeizaam een kruiwagen achter zich aan trekt. Dan maken we nader kennis met de boer en volgen we hem, vaak van heel dichtbij, in zijn dagelijks leven. Het is een uitgesproken sober leven zonder tv, radio en telefoon, laat staan sociale media en internet. Een grotendeels alleen geleefd leven ook. Zo zien we Peer Smulders in de weer met zijn zeven of wat koeien, bij het hout halen voor de kachel en tijdens het wegwerken van zijn karige avondmaaltijd. Het beeld van de boer die zaaiend over de akker loopt, herinnert direct aan Van Gogh.
Pretoogjes
Af en toe praat hij. Tegen de documentairemaker die gelukkig zelf meestal niets zegt. Zijn moeder, vertelt de in 1920 geboren boer, overleed in 1955, zijn vader het jaar erna. Sindsdien heeft hij altijd alleen geleefd. Jawel, hij heeft wel eens verkering gehad, maar dat is uiteindelijk niets geworden. Och, hij kan ook wel om zichzelf lachen. Hij neemt de filmer mee naar de zolder. Een kale ruimte met een onbeslapen bed. “Bedenk dat ik vijftig of zestig jaar geleden eens een gezonde meid had ontmoet en we hadden samen kinderen gekregen, vijf jongens”, zegt de oude man met pretoogjes in de camera kijkend. “Dan sliepen die hier. Hier had je goed twee ledikanten kunnen zetten. Is het duidelijk?”
Opvallend vaak heeft de boer het over de Tweede Wereldoorlog. Sterker nog: hij wekt sterk de indruk alsof die oorlog nog niet voorbij is en hij vreest dat de Duitsers weer terug zullen komen. Documentairemaker Jongbloed heeft daar desgevraagd wel een verklaring voor. “In de oorlog is de boerderij van zijn ouders een tijdlang bezet geweest door Duitse soldaten”, vertelt hij. “Ze zouden bij hun vertrek gezegd hebben Wir kommen zurück. Ik weet niet of je van trauma mag spreken, maar op een of andere manier is er iets in Peer zijn hoofd geknakt, kon hij dat verleden niet loslaten. Zoals hij het er ook vaak had dat hij helaas geen vrouw gevonden had om zijn leven mee te delen.”
Rondsnuffelen
Boer Peer is vrucht van een langdurig creatief proces. Een jaar of tien geleden, nog voordat hij het idee had om documentairemaker te worden, maakte Daan Jongbloed kennis met de toen al 87-jarige boer uit Maliskamp. “Ik was met een vriendin aan het fietsen door een mooie omgeving toen mijn oog viel op een vervallen boerderij”, vertelt hij. “We dachten dat hij onbewoond was en waren wat aan het rondsnuffelen bij een schuur toen een boer naar buiten kwam; Peer. Eerst was hij achterdochtig, maar na wat praten werd hij relaxter en mochten we zelfs binnen kijken. Ik heb nog een foto van hem gemaakt en dat was het.”
Dat was het niet. Want toen Jongbloed twee jaar later aan de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht (HKU) begon aan zijn opleiding tot documentaireregisseur, dacht hij al snel terug aan die ene boer die leefde in een boerderij waar de tijd leek stil te staan. Daar zou een mooie film van te maken zijn. “Ik ben er met mijn cameraatje regelmatig langs gegaan, alles bij elkaar wel een stuk of vijfenzestig keer in al die jaren. Ik had niet verwacht dat ik er zo lang mee bezig zou zijn. Soms vond Peer het fijn dat er iemand met hem kwam praten, maar er waren ook dagen dat ik niet welkom was.” De filmer gebruikte steeds een kleine camera met een microfoon erop en werkte bijna altijd alleen. Maar een enkele maal maakte hij ook foto’s. “Voor de poster.”
Jongbloed houdt ervan langdurig met een project bezig te zijn. “Ik wil de pareltjes van het leven vangen en dat kan alleen als je langdurig met iets bezig blijft.” Hij noemt als voorbeeld het inderdaad prachtige moment waarop te zien en te horen is hoe een schuurdeur door een plotse windvlaag dichtslaat en schuin omlaag blijft hangen – het verval betrapt. “Dat zijn momenten dat je achter de camera staat en weet dat je iets bijzonders hebt vastgelegd. En dat is prachtig.”
Abrupt
De film eindigt nogal abrupt als Peer, een stuk ouder dan in het begin, in beeld komt met rood doorlopen ogen en een wilde baard. “Maar ik heb toch duidelijk genoeg gepraat?” zegt hij tegen de filmer. “Mens blijf hier weg, dat is voor ons allebei het beste.” Jongbloed: “Hij had dat wel vaker gezegd. Het geeft denk ik ook aan dat hij er bewust voor heeft gekozen alleen te zijn. Bovendien: hij had zijn verhalen wel verteld.”
Ik vond persoonlijk de film te kort, of, om het positiever te zeggen: het had wat mij betreft echt langer mogen zijn. “Liever te kort dan omgekeerd”, reageert Jongbloed. “Dat zie ik als een compliment. Maar misschien had het een minuut of tien langer kunnen zijn… Aan de andere kant denk ik: doordat je als kijker naar meer verlangt, blijft de film langer in je hoofd verder malen, blijven er vragen hangen. En dat was mijn bedoeling ook wel.” Lachend: “Mensen die het te kort vinden, raad ik aan om de film een paar keer achter elkaar te gaan zien. Sommigen hebben dat inderdaad gedaan en zeggen dat ze elke keer een andere film zien en dat bijvoorbeeld de eerste beelden een nieuwe lading krijgen.”
Je zou op basis van diverse filmbeelden denk ik ook een mooi fotoboek kunnen maken, tenminste als dat technisch mogelijk is. “Niet dat ik het zou doen, maar het zou denk ik wel kunnen. Ik zie de film ook haast als een fotoboek, als bewegende foto’s. Er zitten beelden bij die op zichzelf al zo krachtig zijn dat het soms moeilijk was om ze met andere materiaal te monteren. Ik ben wel eens met een fotocamera bezig geweest, maar dan dacht ik achteraf: dat had ik moeten filmen. Bij film kun je in een persoon duiken, fotografie is meer verbeelding. Je komt ook dichter bij een persoon als je hem zijn verhaal hoort vertellen.”
Bruut
Het leven van Peer Smulders eindigde afgelopen zomer op brute wijze. Op 8 juli 2017, terugfietsend van het boodschappen doen in Rosmalen, werd de 97-jarige boer door een auto geschept en overleed hij nog diezelfde dag. Hij werd gecremeerd en zijn as werd door familieleden uitgestrooid op zijn boerenerf. “Ik ben nog bij de afscheidsdienst geweest”, zegt Jongbloed. “Het was heel druk, heel veel mensen uit het dorp waren ook gekomen.”
“Drie maanden vóór zijn overlijden ben ik met mijn laptop naar Peer gegaan om hem de film te laten zien”, vervolgt de filmer. “Hij heeft veertig minuten aandachtig gekeken en toen ik hem vroeg of hij het goed vond dat de film op tv zou komen en in de bioscoop, zei hij ja. Het leek er zelfs op dat hij trots was. Ik ben heel blij dat het zo gegaan is, anders had ik me schuldig gevoeld. Sommige mensen zeggen: had die man in vrede laten rusten. Dat denk ik soms zelf ook. Al die aandacht die hij nu via mijn film krijgt, staat haaks op zijn leven, op hoe hij was. Wat dat betreft ben ik blij dat hij het allemaal niet mee heeft hoeven te maken. En dat ik zijn zegen heb gekregen.”
Dat er onder de ongeveer vijfduizend personen die de film inmiddels gezien hebben veel mensen uit Rosmalen en Maliskamp afkomstig zijn, vindt Jongbloed niet vreemd. “Ze zijn natuurlijk nieuwsgierig omdat iedereen Peer wel op een of andere manier gekend heeft. En er speelt ook mee dat hij overleden is. Als hij nog geleefd had, zouden ze zich waarschijnlijk een beetje als voyeurs gevoeld hebben.”
Sisyfusarbeid
Het openingsbeeld verschijnt weer op mijn netvlies. Dat sneeuwlandschap, die ruïne, die voorovergebogen boer die zijn kruiwagen achter zich aantrekt. Het zou ook een videokunstwerk kunnen zijn, een scène die voortdurend begint en eindigt en weer begint. Woorden als koud, eenzaam, tevergeefs en sisyfusarbeid komen in gedachten. En ja, het zou ook het omslag van een fotoboek kunnen zijn. Maar film brengt ons misschien wel het dichtste bij deze ene mens die nooit de aandacht heeft gezocht die hij nu – zo terecht – krijgt dankzij de bijzondere schepping van Daan Jongbloed.
‘Boer Peer’. Regie en camera Daan Jongbloed. Productie: Van Osch Films.
De documentaire werd gefinancierd door het Mediafonds en door Brabantse Beauties, een initiatief van Omroep Brabant en Brabantse filmproducenten ter stimulering en ondersteuning van studenten, starters en gevestigde filmmakers.
Voor informatie waar de film nog te zien is: www.boerpeer.nl
Een dvd is in de maak.
© Brabant Cultureel 2017